‘Een spiegel, een klankbord en een verheviging’

Directeur Oscar Wibaut en zijn Koninklijke Schouwburg (2009-2010)

“In Den Haag ligt de voorkeur van het publiek bij de inhoud. Misschien omdat Den Haag een bestuursstad is”. Aldus Oscar Wibaut, directeur van de ‘Koninklijke’, in de vuistdikke seizoensuitgave.

Opvallend is dat de verjongingskuur van de Koninklijke Schouwburg (KS) – samen met het Nationale Toneelgebouw onderdeel van het Toneelkwartier Den Haag – nu definitief lijkt toe te gaan slaan. Niet alleen opent de seizoensbrochure met een schreeuwerige prent waarin antistijlicoon Haagse Harry fel van leer trekt, maar staan in dat overzicht onder meer Birgit Schuurman (met een stevige musical), theatercollectief Wunderbaum en Johnny de Mol & Beau van Erven Dorens pal tegenover oude rotten als Hetty Heyting, Josine van Dalsum, Liesbeth List (musical Piaf), Herman van Veen, Herman Finkers (weer terug!), Anne-Wil Blankers en Paul van Vliet (in een al bijna voorbije lange reeks reprises van Liefdesbrieven). Het lijkt erop dat met de komst van het Crossing Border Festival enige jaren terug ook het jonge publiek weer de weg weet vinden naar ons goudgerande bonbondoosje.

Oneerbiedig gesteld is het Haagse uit 1804 daterende maar al in de zeventiende eeuw voor het eerst uit de klei getrokken lijsttheater eigenlijk in plaats van de beoogde toneelschouwburg, feitelijk de eerste streekschouwburg van het land. Waar Amsterdam en Rotterdam er een artistiek beleid op nahouden dat tot ver achter de komma in de programmering is terug te vinden, bepaalt Den Haag zich tot een programma dat zich uitstrekt tot voor elck wat wils. Zo is er naast de eerdergenoemden speeltijd vrijgemaakt voor een hommage aan Brel, voor Loes Luca, De Ploeg (met Viggo Waas en Peter Heerschop), Marc Klein Essink en consorten, Jon van Eerd, Huub Stapel en Derek de Lint. Toch meent Wibaut dat zijn schouwburg “in Nederland het meest van alle schouwburgen het meest ‘toneelschouwburg’ is”. Als dat al zo is, dan betreft het toch nog vaak de bekende publiekstrekkers die al jaren het land plat spelen. Maar daar staat tegenover dat er karrenvrachten hoogwaardig toneel worden uitgestort in het naburige Nationale Toneelgebouw.

Dat Nationale Toneel is, terecht, beeldbepalend voor de KS. Maar naast lange reeksen van dit Haagse stadsgezelschap is er in de grote zaal van de KS ook ruimte voor groot gemonteerde voorstellingen van andere, nationale, doorgaans gesubsidieerde toneelgroepen als Toneelgroep Amsterdam, de inmiddels afgeserveerde Theatercompagnie, Oostpool, Noord Nederlands Toneel, Het Toneel Speelt en het Ro Theater; en uit Vlaanderen De Tijd en Johan Simons’ NT Gent. En is er ook internationaal toneel te zien door fameuze groepen uit de ons omringende landen.

De grote zaal is het visitekaartje van de Koninklijke Schouwburg. Maar het beschikt ook over een prachtig gerenoveerde, kleinere theaterzaal, Het Paradijs geheten. Daar komen voornamelijk jonge theatergroepen, theatermakers en spelers aan de bak, die de zaal gebruiken of hopen te gebruiken als springplank naar de grote. In Het Paradijs zijn er eveneens voorstellingen van internationale toneelgroepen. Maar de hoofdmoot wordt er ingenomen door jeugdtheater.

Persoonlijke favorieten zijn naast Wunderbaum de coproductie van Stella Den Haag en het Nationale Toneel, Duende van Gijs Scholten van Aschat en Brandende Liefde van Catherine ten Bruggencate. En natuurlijk kan de serie voorstellingen Vermoorde onschuld met onder meer Will van Kralingen en Peter Tuinman niet onvermeld blijven.

www.ks.nl

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s