Dierlijke driften als parelen vermomd

Branoul wekt roman van Couperus tot leven

In Literair Theater Branoul gaat donderdag Extaze van Louis Couperus in première. Over dierlijke driften die de romancier verpakte als waren het parelen.

‘Mag ik hopen, dat u me toestaat u vanmiddag een bezoek te komen brengen’, schrijft Quaerts in een zorgvuldig gecomponeerd briefje aan de door hem geadoreerde Cecile. ‘Het zal mij aangenaam zijn u vanmiddag te ontvangen’, antwoordt deze per ommegaande. De vormelijkheid druipt in dikke droppen van de typische fin de siècle-taal van Couperus af.

Cecile van Even is een jonge weduwe en moeder van twee kinderen. Ze komt maar weinig buitenshuis en laat zich niet veel in met anderen. Ze heeft het goed en is tevreden met wat ze heeft. Zodra ze haar contacten hervat en de mysterieuze, aantrekkelijke Taco Quaerts ontmoet, vaart er ontevredenheid in haar en komen nieuwe verlangens op, verlangens naar genegenheid en liefde. Die lijken wederzijds maar lijken in de kiem te worden gesmoord: Taco beziet haar als een heilige, als een madonna.

Extaze gaat over de eeuwigdurend lijkende strijd tussen lichaam en ziel, lichaam en geest. Taco Quaerts beleeft met verschillende vrouwen een lichamelijke liefde, maar van Cecile Van Even wil hij uitsluitend een liefde die kuis is en maagdelijk, en ziet haar als een madonna. Voor haar is Taco nu juist de eerste man die felle hartstocht bij haar weet op te wekken en ziet in hem een god.

Volgens een publicatie op de website van het Couperus Genootschap beschrijft de Haagse romancier in Extaze (1892) ‘de betrekking tusschen eene naar de mode van den dag ultra-nerveuze weduwe uit de Haagsche groote wereld en een geblaseerd losbol’. Dat lijkt een al te dartele samenvatting. Couperus dweepte indertijd juist nogal met de filosofische essays van Ralph Waldo Emerson, een naam die ook werkelijk in Extaze wordt opgevoerd: Een teveel aan geluk hier op aarde wordt gecompenseerd door leed; iedere buitensporigheid moet gecompenseerd worden door haar tegendeel, luidt het onder meer in Emersons Compensation.

Onder de dunne pianoklanken van Anton Rubinsteins Romance is es zien we in de tijdmachine die Theater Branoul is, een geheel in het zwart gekleed gaande Cecile (Lidewij Benus) over haar schrijftafel gebogen, de buvard als het ware opengeslagen, in haar gesuggereerde villa aan de Scheveningseweg. Onderwijl is een projectie zichtbaar van de woorden die ze in haar dagboek optekent, in die vaak zo wonderlijk-pathetische aandoende taal die aan het einde van de negentiende eeuw zo in zwang was: ‘Onder me vloeit de zee van het verleden , boven me drijft de ether der toekomst, en ik sta daar tussenin als op een stip van werkelijkheid; een stip zo klein dat ik beide voeten pal tegen elkaar moet drukken om staande te blijven.’ Haar gedachten zijn gewijd aan Taco (Sijtze van der Meer), die haar in het boek beschouwt als een ‘zeldzaam genot’.

Regisseur van Extaze, Manon Barthels, heeft de overzichtelijke en compacte roman van Couperus bewerkt tot een nog compactere versie, die als brandpunt de twee teerbeminden heeft. “Het is heerlijk geweest om met die tekst aan de slag te gaan en heb er uiteraard naar gestreefd om de taal van Couperus intact te houden. Nu is het aan de spelers om de bellettrie van Couperus echt tot leven te wekken.”

En die taal van Couperus, die is zo makkelijk nog niet tot spreken te krijgen. Een citaat uit het boek: ‘Zij ontroerde zeer om de klank zijner stem, die, zacht gebroken, haar als in bekoring omwikkelde; zij ontroerde van hem daar te zien zitten, vullende met hemzelve, met zijn lichaam, zijn wezen, zijn bestaan. (…) In een seconde doorleefde zij uren, voelde zij haar stille liefde in haar als een zoet gewicht, voelde zij een lust haar armen om zijn borst te slaan en hem te zeggen, dat zij hem aanbad, en voelde zij een innig leed, om wat hij haar bekende: dat hij weer zich niet gelukkig had gevoeld.’ Ga er als acteur maar aan staan om zichtbaarheid en ontroering in zulke passages te leggen. En: ‘Ik voor mij geloof’, laat Couperus Quaerts opmerken, ‘dat ieder mens een cirkel om zich heeft, een atmosfeer, en dat hij andere mensen ontmoet, die cirkels of atmosferen om zich hebben, sympathiek of antipathiek aan de zijne’. Barthels: “Door die gedragen taal van Couperus doen de emoties soms wat gezwollen en ‘Victoriaans’ aan. Het is de kunst om van de spelers om aan de personages iets ongepolijsts, iets rauws mee te geven. Dan komen de emoties beter, want directer, binnen bij de kijker. In dit stuk worden de spelers echt uitgedaagd om het uiterste van hun kunnen te tonen.”

Een aspect van dit boek dat overigens niet in de voorstelling terugkomt, maar wel pikant lijkt, is dat in het jaar dat hij Extaze schreef, Couperus net getrouwd met jonkvrouwe Elisabeth Baud. Het boek zou dus kunnen worden opgevat als zijn antwoord op ongelukkige liefdes. Hoewel het huwelijk met de jonkvrouwe heilig voor hem was, had hij zekere homosexuele gevoelens, die in Extaze worden geuit door Jules, in de gevoelens die deze had voor Taco.

Extaze van Literair Theater Branoul gaat op donderdag 14 oktober en is nog tot en met zondag 31 oktober te zien. Meer informatie: www.branoul.nl.

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s