De weg naar verlichting

Firma MES speelt TROEP

Een ‘Neuzelbeurs’ op de toneelvloer. Dat is in een notendop de voorstelling TROEP van Firma MES. ‘Op éën avond kocht ik 48 Tupperware-dozen. 48! Dat is genoeg voor zes monniken!’ Decembermaand, spullenmaand.

Waar ligt het begin van een nieuwe theatervoorstelling? Voor de Haagse Firma MES begint het verhaal van Troep bij het afleveren van restanten uit een theatrale kledingruilbeurs die de groep in 2012 hield, naar de nabijgelegen kringloopwinkel. Daar raakte MES-actrice Roos Eijmers in gesprek met een zekere Barbara, die op het oog een karrenvracht aan spullen kwam ‘dumpen’. Ze besloot de vrouw aan te spreken. Barbara dus, 42, en op een keerpunt in haar leven. Ze wil terug naar acht spullen in haar leven. Acht. Omdat ze in de Linda heeft gelezen dat boeddhistische monniken in Thailand maar acht spullen mogen bezitten. Het symbool van het boeddhisme is een wiel met acht spaken. Dat staat voor het ‘achtvoudige pad’, de weg naar verlichting. Het idee voor een voorstelling was geboren, Roos sleepte Firma MES mee op een zoektocht naar ieders eigen verhouding tot ‘spullen’.

Spullenbaas, dat is eenieder van ons, zijn we allemaal, de een meer dan de ander. Kijk voor de aardigheid eens om je heen, tel jezelf en breng jezelf als het ware eens in kaart. De spullen die je wegdoet of waarmee je het zonder kunt stellen vormen een negatief portret van jezelf. Roos Eijmers (28), die de rol van Barbara speelt, weet het nu zeker: “Ik wil alleen spullen in huis die minstens twintig jaar mee kunnen, die niet vervuilend zijn. En mijn stelregel is: wat het ook is, het moet uiteindelijk de deur uit als het echt niet gebruikt wordt”. Daan van Dijsseldonk (27), in het stuk de weergave van Barbara’s leeftijd- en echtgenoot Rob, houdt er in het echte leven, net als de ‘echte’ Rob, bijna eenzelfde opvatting op na: “Consuminderen, spullen beteugelen? Daar ben ikzelf niet mee bezig. Sterker: Ik ben eerder een verzamelaar. Maar steeds vaker vraag ik me af waarom ik zoveel om me heen heb en zou houden. En niet alleen door de voorstelling die we nu maken. Al zou ik uiteindelijk alleen met veel moeite afstand doen van de edities van mijn favoriete, Britse, maandblad Little White Lies”.

Consuminderen
Toch is Troep niet een voorstelling waarin met een geheven vinger naar het nietsontziende ‘consumentisme’ als lifestyle wordt verwezen. Roos Eijmers: “Iedereen denkt wel eens na over een een begrip als ecologische voetafdruk, over duurzaamheid of over energieverbruik. In deze voorstelling willen we niet de snelste weg naar verlichting wijzen. Dat zou al te prententieus zijn. Het gaat er om dat iedereen zich op zijn eigen manier tot zijn spullen verhoudt en een weg vindt om tot het besef te komen dat iedereen het, met tussen haakjes veel, minder toe zou kunnen dan vaak het geval is”. Illustratief zijn verjaardagscadeaus of de cadeaumaand december. “Dan neem je aldoor en van lieverlee allerlei spullen aan. Spullen die niet per se tot je favorieten zullen gaan behoren. Maar je hebt ze gekregen van je familie, je beste vrienden of vriendinnen, en dus vind je dat je ze niet ‘zomaar’ kunt wegdoen. Want die spullen, daarvan wordt je geacht ze belangrijk te vinden, terwijl de schenker je misbruikt: hij wil door jou niet vergeten te worden. De geboorte van pure Spullenterreur.

Hoeveel bezittingen heeft een mens gemiddeld? Hoeveel spullen heeft een mens nodig? Gesprekjes van alledag gaan vaak over bezittingen. Over die nieuwe auto, de schoenen die in de uitverkoop waren. Over meubels en fijne digitale speeltjes. We doen er bijna allemaal aan mee. De huidige honderd-dingen-rage in de Verenigde Staten is in dat licht misschien een opstap, een onmisbaar tussenstadium. TROEP is in ieder geval een snelle, hilarische en toch ontroerende voorstelling over overtollig, overbodig en onnodig materiaal in lijf en leven. Want wat doe je ermee? De toneelvloer ligt bezaaid, een ware Neuzelbeurs zover je ogen reiken.

TROEP van Firma MES is van 4 tot en met 7 november en 25 tot en met 29 november te zien in Theater aan het Spui. Meer informatie: firmames.nl. Telefonisch kaarten reserveren: (070) 346 52 72.

Advertentie

Moordverhaal in ’n hoerenkast

Tg Maastricht speelt Dostojevski’s De Broers Karamazov

In De gebroeders Karamazov zet Dostojevski zijn moordverhaal op scherp met briljante maatschappelijke, theologische en psychologische beschouwingen. Toneelgroep Maastricht maakt er een gelaagde en doorwrochte ‘whodunnit’ van.

Wie Dostojevski een groot schrijver vindt, mag dan niet veel van literatuur hebben begrepen, maar wie Dostojevski geen groot schrijver vindt, heeft niet veel van het leven begrepen. Aldus NRC-columnist, vertaler en essayist Bas Heijne. Dostojevski, dat is Goede tijden, slechte tijden voor eggheads. Tja, highbrow of niet, met De gebroeders Karamazov schreef hij een roman die steevast en wereldwijd tot de beste boeken aller tijden wordt gerekend.

Het vuistdikke, duizend pagina’s tellende en dikbedrukte meesterwerk vertelt op weergaloze wijze het klassieke verhaal van een vadermoord. Eén van zijn eigen vier zonen heeft de daad op vader Fjodor Karamazov op zijn geweten, maar wie? Allen hebben zo hun eigen motief. De dynamiek in het wurgende, idiote, pijnlijk meeslepende verhaal komt in het boek op gang op het moment dat vader Fjodor met zijn oudste zoon Dmitri een bittere strijd uitvecht om femme fatale Groesjenka. In de toneelvoorstelling die regisseur Arie de Mol voor ‘zijn’Toneelgroep Maastricht maakte is dat het moment waarop zijn oudste zoon besluit een hoerenkast te beginnen en daarmee tot een concurrent van zijn vader wordt. Hij zoekt de strijdbijl omdat tussen de twee een onopgehelderde erfeniskwestie speelt die over de rug (nou ja) van seksarbeidster Groesjenka wordt uitgevochten. U merkt het: Toneelgroep Maastricht heeft aardig de bijl gezet in de roman. Dat kan ook niet anders als je al de plotlijnen en uitweidingen van Dostojevski terug moet zien te brengen tot drie uur vlammend toneel.

De Mol: “We hebben bekeken waar het verhaal in onze huidige tijd past. Daarvoor halen we het uit zijn Russische context. Waar de roman zich afspeelt op een groot landgoed is dat bij ons de erotische nachtclub van vader Karamazov, die rijk is geworden met louche zaakjes”. Een ingrijpende vondst. “Nu verwacht je niet snel een felgekleurd bordeel als je aan de ‘hoogdravende’ Dostojevski denkt, maar ik vind het passend: uiteindelijk zijn zijn boeken heel aards. In Nederland kennen we geen dubieuze landheren meer, maar nog steeds zijn er mensen die op slinkse wijze hun zakken vullen. We zijn daarom op zoek gegaan naar een omgeving die het publiek van nu herkent maar waar het drama van Dostojevski’s personages intact blijft. Ik ben ervan overtuigd dat hierdoor de zeggingskracht van de schrijver in deze tijd tot leven komt. Het mooie aan hem is dat hij geen oordeel velt, over niemand. Een ideale observator.”

De gebroeders Karamazov is in de kern vooral een roman over eenzaamheid – van de verlaten mens. En een constructie die zich openlijk tegen de principes van de Verlichting keerde. De voorstelling van Toneelgroep Maastricht is gelukkig niet alleen een ‘whodunnit’, maar ook een stuk waarin heel wat levenswijsheden die Dostojevski over het program des levens ophoest, behouden zijn gebleven. ‘Alles op de wereld is een raadsel’, dat is er zo een, uit de mond van Mitja, Fjodors oudste zoon. “Bij Dostojevski zoeken de personages naar vervulling, van hun dromen, maar zijn gedoemd te mislukken. Dat geldt ook voor ons, personages uit het ‘echte’ leven. Een erg bruikbaar gegeven voor een regisseur.”

Het is niet voor het eerst dat De Mol theater maakt naar Dostojevski. Eerder maakte hij een bewerking van Misdaad en Straf en twee jaar geleden regisseerde hij De bezetenen. En nu dus De broers Karamazov. “Het oeuvre van Dostojevski sluit aan bij mijn mensbeeld. Hij beschrijft nauwgezet de Russische samenleving in het midden in de 19de eeuw die langzaam aan het doordraaien is. De westerse beschaving anno nu vertoont ook hysterische trekken, met een obsessie voor het materialisme. Er heerst een grote hang naar liederlijkheid, die vaak ten koste gaat van anderen.” Opeens ben ik benieuwd naar de gevolgen van dit wereldbeeld voor Toneelgroep De Appel, waar De Mol per januari 2015 als opvolger van Aus Greidanus aantreedt als artistiek leider.

De broers Karamazov van Toneelgroep Maastricht is te zien op dinsdag 11 november 2014 in de Koninklijke Schouwburg. Meer informatie: toneelgroepmaastricht.nl en ks.nl. Telefonisch kaarten reserveren: 0900-3456789.

In de kast, uit de kast

Een ‘very unconvenient truth’

Bij ebola-patienten moet je gewoonweg ver uit de buurt blijven. Zo radicaal werd indertijd ook over homo’s gedacht toen opeens aids de kop opstak.

‘Homo’ is het meest gebruikte scheldwoord op scholen, zo is bleek recentelijk uit een rondvraag onder docenten van de PestThermometer. Pestkoppen kiezen bij voorkeur woorden die betrekking hebben op seksualiteit. Bij het uitbreken van aids werd de ziekte aanvankelijk ‘flikkerziekte’ genoemd, of, in het Engels ‘gay cancer’.

Over de beginperiode van aids, ruwweg aan het eind van de jaren zeventig en het begin van de jaren tachtig, bijna dertig jaar na de eerste voorstelling in New York, gaat The Normal Heart. In de verpakking van een met Tony’s overladen toneelstuk biedt het stuk een tijdsdocument over het stadium waarin ‘aids alles terugschopte naar af’, zoals actrice Henriette Tol, die de enige vrouwelijke rol speelt, het tot uitdrukking brengt in het programmaboek. ‘Tot op de dag van vandaag is aids voor velen de ziekte van homo’s. (…) Sterven aan het bedrijven van de liefde. Wat is nou vreselijker dan dat?’, aldus Tol.

Volgens haar ontstond in de eerste jaren van het hiv/aidstijdperk een faliekante tweedeling. ‘Angsthazen die opeens niemand meer op de mond durfden te kussen en niet uit kopjes van anderen dronken. Daartegenover stonden de verzorgenden die de zieken begeleidden die zich realiseerden dat ze op weg waren naar een gruwelijk einde’. Maar ja, er was toen ook nog maar bitter weinig bekend over de overdraagbaarheid van de aandoening.

The Normal Heart is een toneelstuk dat de nodige sympathie weet op te wekken en kan wegdragen. Enerzijds door twee liefdesverhaaltjes die erin verweven zijn, een tussen geliefden en een tussen twee broers; anderzijds vanwege het over de gehele linie verdeelde uitstekende en verzorgde spel van een cast die uit uiteenlopende discplines werd grekruteerd; maar ook door het perspectief en het in herinnering brengen van de oertijd van die ‘flikkerziekte’. ‘Voor mij was het allereerst die ziekte in Afrika’, zegt musicalster Freek Bartels (Les Miserables, Petticoat, Love Story), die de rol van journalist Felix Turner speelt, de grote liefde van hoofdpersonage Ned Weeks.

Deze Turner zit nog in de kast en durft het niet aan over de stevig om zich heen grijpende epidemie te schrijven. Maar in die tijd was nog niet duidelijk hoe de ziekte werd overgedragen. ‘Het is natuurlijk vreselijk als je wordt gezegd dat je van elkaar af moet blijven terwijl niemand nog precies weet waarom eigenlijk’, zegt Cas Jansen die als advocaat en hetero het tegengeluid verklankt, namelijk dat van Ben Weeks, broer van hoofdpersonage en aids-patient Ned Weeks.

Kast
Aanvankelijk werd het fenomeen aids als de pest gemeden. Zelfs in homo-kringen, in de kast, werd gewoonweg de kop in het zand gestoken en ging het er feest na feest desondanks even ruw aan toe als in de jaren daarvoor. “Deze voorstelling laat zien hoe een groep mensen het met elkaar moet zien te rooien. Met het levensgrote en gruwelijke verschil dat de dood hen op de hielen zit en dat buiten de kast van de homogemeenschap zich bijna niemand geroepen voelt tot enige bekommernis,” zo merkt regisseur Job Gosschalk op.

Bij de inloop tot de erg sober ingerichte voorstelling klinkt het nummer Passion, een song met een macho-beat van de qua gehalte zo mogelijk nog macho’er Rod Stewart. Weliswaar een rockdiscosong over passie en liefde, maar dan wel van een superhetero. Dat is, helaas, een foutief kapstokhaakje, wat mij betreft. Schoonheidsfoutje.

The Normal Heart is te zien in de Koninklijke Schouwburg op zaterdag 18 oktober 2014. Meer informatie: ks.nl. Telefonisch kaarten reserveren: 0900-3456789.

Paniek, honger en angst

Rockopera over rampjaar 1672

Een rockopera over de Republiek in het rampjaar 1672. “Waak voor populisme”, zo waarschuwt Herman van Baar, die in de huid van Cornelis de Witt kruipt. Liefde en trouw botsen op vrijheid en recht.

“Geen geschiedenisles”, opent Herman van Baar van het Amsterdamse muziektheatergezelschap Tafel van Vijf. “Veeleer een modern requiem”, zo karakteriseert hij de voorstelling. De Witt of Oranje is een muzikaal verhaal over angst en de ophitsende invloed – toen al – van de media. Een rockopera bovendien, met muziek van rockband Susies Haarlok en singer-songwriter Lavalu, over de kwestie die de Republiek der Nederlanden in rampjaar 1672 tot op het bot verdeelde. Een richtingenstrijd zoals die even eerder ook al ten tijde van de onverkwikkelijke kwestie rond Oldenbarnevelt werd uitgevochten.

Geen collegebanken in de zaal dus. Daarom is er ook een liefdesverhaal verweven in De Witt of Oranje. “Natuurlijk komt er een feitenrelaas in voor. Dat is onvermijdelijk in een voorstelling die draait om de rampzalige gebeurtenissen in het land dat toen van alle kanten werd aangevallen, een land dat vaak als leidend voorbeeld diende voor naties die ook op zoek waren naar politieke vrijheid”.

Eerst dat liefdesverhaal. “Het laat zien hoezeer dit soort burgeroorlog-achtige situaties, waarin keuzes helemaal niet zo eenduidig zijn als ze lijken, levens verscheuren”. In het rumoer van het rampjaar ontmoet Henk (Chiem Vreeken), knecht van Cornelis de Witt, de liefde van zijn leven. Gijsje heet ze, een rol die in De Witt of Oranje door singer-songwriter Lavalu wordt gespeeld. Henks allesverterende liefde splijt hem. Want terwijl zij fanatiek oranjegezind is en idolaat van de Prins van Oranje (Harald Austbø), vereert Henk zijn meester als een held, omdat Cornelis de Witt een glorieuze overwinning had weten te behalen in de Tocht naar Chatham.

Het werd het grootste verlies ooit voor de Engelse marine. Zo werd het vlaggenschip van de Engelse vloot, de Royal Charles, mee naar Nederland gesleept. De succesvolle Nederlandse aanval op de Engelse oorlogsvloot in 1667 maakte een einde aan de Tweede Engels-Nederlandse oorlog. Maar als even later de Franse vorst Lodewijk XIV met het grootste leger sinds de Romeinen ze Zeven Provinciën binnenvalt, heeft de regering van Johan de Witt daar geen antwoord op. Als de jonge 21-jarige prins van Oranje ten slotte de macht grijpt, wordt zelfs naar de maatstaven van toen, op de Plaats in de Haagse binnenstad, op beschuldiging van hoogverraad, op beestachtige wijze afgerekend met de broers De Witt, Cornelis zowel als Johan. Henk staat er dan met zijn poten middenin en verliest alles, behalve zichzelf.

“In feite”, zegt Herman van Baar, die Cornelis de Witt speelt, “was het een strijd op leven en dood met als inzet de regeringsvorm: een republiek met burgerlijke zeggenschap of een autocratische monarchie. Zulke brandhaarden zien vandaag de dag nog overal in de wereld om ons heen. Van Oekraïne tot Syrië, Libië en Irak. Eigenlijk spiegelde de toenmalige Prins van Oranje zich aan de Zonnekoning, zoals Poetin dat ook lijkt te willen. De strijd is er ook een tegen opzichtig populisme. Ook daarvan zien we tegenwoordig helaas voorbeelden te over”.

Rockopera
“Geen klassieke opera”, zo waarschuwt Van Baar nogmaals. Susies Haarlok tekent voor de composities voor bas, toetsen, drums en cello. “Dat zijn aan de ene kant barokke treurzangen maar ook stevige pop van nu”. Gevoegd bij de regie (van Mirjam Koen, bekend van Onafhankelijk Toneel) en het decorbeeld mét video, en het kan niet anders dan dat er een gedegen productie uit te voorschijn rolt. De voorstelling maakt deel uit van een vierluik van tafel van Vijf over vijheid, bevrijding, opstand en verzet, en is buiten ‘onheilsoord’ Den Haag ook te zien in Dordrecht en Amsterdam, steden die in verband staan met De Witt.

De voorstellingen worden omlijst met onder meer een symposium op zaterdag, en een uitgebreid randprogramma in samenwerking met Theater aan het Spui, Haags Historisch Museum, Museum de Gevangenpoort, Pro Demos en de Vrienden van De Witt.

De Witt of Oranje? door Tafel van Vijf is van vrijdag 3 tot en met zondag 5 oktober te zien in Theater aan het Spui. Meer informatie op theateraanhetspui.nl en tafelvanvijf.nl. Telefonisch reserveren: (070) 346 52 72.