Bezield zwijgen

Theatraal portret Vroman in Hoe mooi alles

De honderdste geboortedag van dichter en wetenschapper Leo Vroman wordt volgende week luister bijgezet met een toneelstuk over hem: Hoe mooi alles.

Eindeloos turen door de lenzen van een microscoop – en een fascinerende wereld ontdekken, gegrepen door bewegingen van kleine dieren. Een wereld die in het klein exact is als de ons mensen omringende; zelfs als de macrokosmos, de oneindigheid van het heel streepje al. “Heb ik als jongetje ook gedaan”, veert acteur Kees Hulst op na een van de repetities voor Hoe mooi alles. “Microben en amoeben. Ik zie precies voor me hoe Leo Vroman dat ook heeft gedaan”. Als bioloog / hematoloog is zijn naam vereeuwigd in het Vroman-effect, zeg maar de herkenning en opsporing van bepaalde bloedstollingsverschijnselen. Maar hij was ook een van de meest vooraanstaande dichters van Nederland. Winnaar van de P.C. Hooft-prijs voor poëzie, ondanks zijn Amerikaanse staatsburgerschap. Meer dan vijftig bundels op zijn naam. Hulst: “Te weinig mensen weten dat hij ook een rastekenaar is. Kijk eens naar dit zelfportret. Die neus! Zijn néus!”.

Onder leiding van regisseur Léon van der Sanden, die ook de tekst leverde, speelt Hulst (Leo) samen met Esther Scheldwacht (zijn vrouw Tineke) in Hoe mooi alles. Een toneelstuk dat in de eerste plaats verhaalt over hun oneindige liefde. Een love story zoals je zelden ziet. Maar ook over een zeldzaam bewogen leven. Ga maar na: Na de inval van de Duitsers wist de joodse Vroman op de valreep met een zeilboot naar Engeland te ontkomen. Vandaar reisde hij naar Nederlands-Indië. Toen de Japanners daar huishielden werd Vroman geïnterneerd in vijf verschillende jappenkampen. Hij overleefde ze allemaal. Na de Tweede Wereldoorlog, na jaren zonder contact, bleek tot zijn onuitsprekelijke vreugde dat Tineke nog steeds in leven was – en op hem gewacht te hebben. Maar eerst werd hij opgevangen in Manilla, waar de Nederlandse overheid besloot hem onder de wapenen te roepen naar Nederlands-Indië. Het was weer oorlog. Hij weigerde, toog naar Amerika, waar hij aan de slag kon als wetenschappelijk onderzoeker. Daar, in New York, trouwde Vroman in 1947 de Nederlandse antropologe Tineke Sanders, met wie hij sinds 1938 verloofd was geweest maar zeven lange jaren niet had gezien. Ze zouden, na hun hereniging, tot zijn dood op 98-jarige leeftijd bij elkaar blijven.

Brieven brachten hen na de oorlog eerst bij elkaar en hielden elkaar daarna nog bijna drie jaar op de been. Enkele van Vromans liefdesbrieven behoren tot het meest ontroerende dat ooit in de Nederlandse literatuur is geschreven. Ze zijn te vinden in de biografie die Mirjam van Hengel recentelijk over Vroman schreef. In de toneelvoorstelling worden delen ervan letterlijk aangehaald.

In Vromans poëzie is meestal sprake van iets lieflijks, zoals de natuur, of Tineke; en tegelijk van iets gruwelijks. Het lieflijke is een compensatie voor het gruwelijke. Voor Hulst en Scheldwacht is Hoe mooi alles veel meer dan louter een mooi en vertederend liefdesverhaal. Scheldwacht: “Hij heeft in de kempen gruwelijke momenten doorstaan, terwijl zij hem, vanuit Nederland, jarenlang brieven schreef, brieven waarvan zijn niet wist dat ze hem nooit bereikten. Desondanks hield haar liefde stand, en daarmee is dit ook een verhaal over overlevingsdrift”. Hulst voegt toe: “En over het willen houden van het leven, van de natuur, van de werkelijkheid zoals die zich voordoet. Uiteindelijk was hij van mening dat de natuur meer waarheid bevat, betrouwbaarder is dan mensen, met hun vergeefse pogingen alles te begrijpen en te analyseren”. Scheldwacht: “Al zegt Vroman toch ook: ‘Wat is het leven klein en de liefde groot’”. Ze vervolgt: “Tineke was serieus van karakter, hij zat altijd vol zelfspot”. Hulst: “Hij had iets van een nerd, een beetje kriebelige man, die drie verzen per week schreef, tot drie dagen voor zijn dood, op zijn 98e. En zelfs toen nog, als altijd een prince charming was, een poseur. Toch wilde hij ook groots zijn, verheven – en tegelijkertijd huiselijk”.

Romantisch en ontroerend zonder zoet te zijn, zo moet volgens Hulst de voorstelling Hoe mooi alles worden. “Ze wilden uitdagen zonder elkaar daarbij te kwetsen”. Scheldwacht: “We willen hun leven en liefde herbeleefd vertellen, zoals zij dat zelf ook deden, opdat hij kan gáán”. Hulst: “Een bezield zwijgen”.

Hoe mooi alles is op dinsdag en woensdag te zien in Theater aan het Spui. Reserveren: (070) 346 52 72. Meer informatie: theateraanhetspui.nl.

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s