Soul searchin’ door choreografen Meyer-Chaffaud
Performers zonder publiek? Publiek zonder performers? Woestijnvissen! Choreografenduo Meyer-Chaffaud maakt het vierluik Soul en confronteert publiek en performer lijfelijk met elkaar.
Exhibitionisten? Aliens? Intermediairs? Openbaar kunstbezit? Lichaamstovenaars? Of gewoon mensen van vlees en bloed? Wat gaat er om in het hoofd van een danser?
In Soul #2 Performers is de danser van zijn voetstuk van ongenaakbaarheid gehaald, uit zijn ivoren toren afgedaald; en, andersom, het publiek tijdelijk ontheven van haar versteende rol als observant, verheven tot co-creator zelfs. ‘U beschikt over een geweldige zittechniek’ zegt een van de performers. Domweg blijven zitten op je stoel is dan eigenlijk geen optie meer.
‘Bij veel eigentijdse dansvoorstellingen rijst de vraag wat het allemaal betekent, wat we ermee moeten. In de meeste gevallen leiden die vragen niet tot bijster veel antwoorden, zodat we op een gegeven moment besluiten vooral te genieten van de performance, van de bewegingen, van de visuele effecten, de muziek – maar geven geen aandacht aan de knagende vragen op de achtergrond die ons vervolgens verwijten dat we het werk onrecht doen – en zo weer een kans op diepgaande kunstzinnige beleving mislopen.’
Aldus schrijver en publicist Christiaan Weijts in het boekje Aanraken a.u.b. over zijn ontmoeting met de Duitse kunstfilosoof Christophe Menke.
Waarom dans je, wat bezielt je als je en public danst, wat beweegt je, wat zijn de gedachten als je aan het dansen bent? Isabelle Chaffaud: ‘We leggen graag de menselijke ziel bloot. Een danser put zich uit voor het publiek dat voor hem of haar zit, in een magisch spel van tijd, ruimte en emoties. Hoe je je zelf ook voelt, je móet performen, je moet hoe dan ook op.’
Soul#2 Performers. Een ervaringsverslag. De zaalopstelling: een carré. Feitelijk een vlakkevloertheater, zo’n tien bij tien meter. Vóór de vier omsluitende wanden staat een dubbele rij stoelen. Op de vloer: zes performers. Claire. Opeens staat ze voor me, steekt haar hand naar me uit, nodigt me uit met haar de toneelvloer op te gaan. En plein public. Naar mij, de in beton gegoten observator! En daar staan we dan tegenover elkaar, de armen gespreid, handen in elkaars handen. Dan strekt ze haar armen, werpt haardos, schouders en hoofd achterover, gelaat naar de hemel gericht. Even lijkt het of ze zweeft. Et Dieu crea la femme, schiet door mijn hoofd.
Zweven doe ik zelf intussen ook, vanbinnen. Eventjes later drukt ze het hoofd met het linkeroor stevig tegen mijn linkerborst. Hartslag. Ik zie mezelf gevleid in een intieme omhelzing. Dan mag ik van haar weer plaatsnemen op mijn stoel.
Een zinsbegoochelende ervaring. Ook al omdat en passant de ‘vierde wand’ in rook is opgegaan en de dansers in Soul letterlijk ‘op je huid’ zitten.
In het de komende jaren te completeren vierluik Soul lichten de choreografen Jerôme Meyer en Isabelle Chaffaud de doopceel van publiek én danser. Op zoek naar de ware aard achter performer en publiek sloopt het choreografenduo de denkbeeldige grens tussen danspodium en toekijker.
Hier maken de toeschouwers in persoon deel uit van de choreografie, en aldus van de voorstelling. In het cabaret usance, vooral als je op de eerste rij plaatsneemt ben je algauw de sigaar, in het dansveld is het uniek, zelfs ‘not done’.
Wat zet een performer in beweging, wat beweegt hem om voor een choreograaf en uit naam van dat ‘hogere’ als ‘de kunsten’ dag in dag uit steeds weer tot het uiterste te gaan en de eigen grenzen voortdurend te verleggen? Is toekijken in het theater een intrinsiek actieve of passieve rol? Waarom doen ze allebei wat ze doen?
Ondertussen vallen in Soul #2 Performers grote woorden over creatie, in het moment zijn, over vrijheid, over ‘blondes have more fun’, over dans als obsessie, als een beweging tussen hemel en aarde, als een medium.
Publiek en performer, een twee-eenheid. Onderzochten choreografen Isabelle Chaffaud en Jerôme Meyer in hun eerdere voorstelling Soul#1 Audience met name (de rol van) het publiek, in deze #2 gaat het vooral om de mens achter, de binnenwereld van de danser. Maar de danser kun je hier niet los zien van het publiek, noch andersom.
Zoals Mulisch in Voer voor psychologen al stelde: ‘Niet de schrijver [lees: choreograaf] maar de lezer [toeschouwer] moet fantasie hebben […] Een artistiek werkstuk wordt het pas door het talent van de lezer.’
Al bij het betreden van de zaal hadden de bezoekers zich op verzoek rond een van de zes performers geschaard, en die leidde hen daarna rond over de speelvloer, liefst met de ogen dicht. Patronen volgen, geïmproviseerde groepssculpturen. Een gevoel van intimiteit wordt opgebouwd en dat wordt versterkt wanneer de performers even later direct oogcontact zoeken met de bezoekers die hen omringen. Indringend moment, temeer daar de voorstelling zich vlak voor je ogen ontrolt. Je zit op huid van de dansers, voelt ze ademen.
Alleen daardoor al is de beleving geheel anders dan de waarneming vanuit het pluche comfort van de theaterstoel. De zaal als parallel universum: de danser vertolkt zijn eigen rol maar het publiek ook, al doet zij dat soms zonder er zelf erg in te hebben. Interactie, het ene publiek is het andere niet, en de ene avond is de andere niet. Het publiek doet alsof het zelf niet bestaat. Maar dat bestaat dus niet.
In Soul#2 Performers worden intussen pareltjes aaneengeregen! In een mix van moderne dans, performance en circus – er is zelfs een duet tussen een danser en een trapezewerker die laag boven de vloer hangend haar acrobatische kunsten vertoont – zijn er prachtige staaltjes te bewonderen, in een ‘bewegingstaal’ die zich moeilijk in woorden laat vatten, door dansers die stuk voor stuk laten zien over persoonlijkheid te beschikken.
Meyer-Chaffaud: Soul #2 Performers. Tournee van eind september tot en met medio oktober 2018. Meer informatie: Meyer-chaffaud.com.