Het Nationale Theater speelt altijd: Ademen
Tienduizend ton CO-2 extra de lucht in. Hoeveel olifanten in de atmosfeer zijn dat? Maar dat is wel de consequentie, ultimo doorgerekend als je ‘een kind neemt’. Moet je dat dan wel willen? Na wat vijven en zessen over het nut van twijfelen volgt een gloedvol ‘ja’. Want goed volk zijn ze, vinden ze van zichzelf.
‘Ademen’ is er eentje uit de reeks ‘Het Nationale Theater speelt altijd’. Het zijn stuk voor stuk ‘wendbare’ voorstellingen, geboren uit nood, om ‘corona’ het hoofd te kunnen bieden – maar toch vooral ook om in staat te zijn het publiek weer te kunnen ontmoeten en te spelen.
De serie bestaat hoofdzakelijk uit stukken die voor een kleine bezetting, voornamelijk monologen met nu en dan uitstapjes naar tweegesprekken. Het gaat daarbij ook meest om teksten die hier in Nederland niet vaak gespeeld zijn, zoals deze van de 39-jarige Duncan Macmillan. Hij is hier vooral bekend van ‘People, Places and Things’ dat vorig jaar door Toneelgroep Oostpool tot een theaterhit uitgroeide. Voor haar hoofdrol kreeg Hannah Hoekstra toen de Theo d’Or. Het Nationale Theater speelt overigens twee van stukken van zijn hand in hun ‘corona’serie: ‘Every Brilliant Thing’ en dit ‘Ademen’.
We zijn getuige van de verhouding tussen een jonge vrouw en een jonge man. De ‘zij’ is een glansrol van een excellerende Mariana Aparico Torres; de ‘hij’ een zeer op dreef zijnde en geolied spelende Bram Suijker die zich in zijn rol van man dapper staande houdt om haar vulkanisaties het hoofd te bieden. Ze spelen in een kaalgeslagen decor met op de zwarte vloer een cirkel die in krijsend wit ostentatief is uitgetekend, kortom: we zijn in een strijdperk beland.
So far, so good. Nothing new, zelfs. Maar gaandeweg ontspint zich buiten een ‘battle of the sexes’ ook een strijd tussen twee mensen. Wat de tekst vooral zo sterk maakt is dat elke ademteug die ieder van de twee maakt, minutieus en met veel gevoel voor humor is opgetekend en navoelbaar gemaakt. ‘Het gaat wel om het scheppen van een mens dat we hier liggen te doen’, roept zij als de kogel door de kerk is en het onomkeerbare besluit ten uitvoer moet worden gebracht.
In up tempo en fascinerend door Aparicio Torres en Suijker gespeelde dialogen, nu en dan gas terugnemend voor een tijdsprongetje, dan weer accelererend als ze elkaar uitdagen, fileert Macmillan genadeloos het leven op deze planeet, brengt dat terug tot overwegingen tussen een modern stel van man en vrouw. Met vooral de beweegredenen en aarzelingen van de vrouw die in het stuk de boventoon voeren. ‘Ze moet boos zijn, én intelligent én gekweld én ambitieus. Dat allemaal’, zei Duncan Macmillan over de vrouw in ‘Peoples, Places and Things’ in een interview met de Volkskrant, ‘én vrouw’. Zo ook hier.
Voor een regisseur ligt de moeilijkheid er ondertussen in om de spanningsboog van dit twee uur durende gevecht dat al voortdurend op het scherp van de snede gevoerd wordt, desalniettemin strak te houden. Door het spel van haar spelers te temporiseren weet regisseur Noël Fischer, tevens artistiek leider van HNTjong, op de loer liggende eenvormigheid en eentonigheid te mijden – al laat het slot desondanks wat lang op zich wachten. Toch toont ze met ‘Ademen’ eens te meer aan dat ze buiten spektakelstukken voor de hele familie in de grote schouwburgzaal, ook stukken voor volwassenen aankan, en dat ondanks (of juist dankzij) een noodgedwongen sober en beperkt toneelbeeld.
‘Ademen’ is een toneelstuk voor iedereen, dat vooral voor ieder zout- en peperstel dat overweegt om ‘kinderen te nemen’ zou moeten zien. Want gegrepen uit het leven.