‘Durf teder te zijn’

Laura van Dolron speelt ‘Liefhebben’ in NT Gebouw

Ze is milder geworden. En toch ook scherp. Laura van Dolron keert terug in het NT Gebouw, de plaats waar het Nationale Toneel haar vijf jaar geleden als jonge, veelbelovende maker in de armen nam. Ze is haar eigen weg gegaan. Nu speelt ze Liefhebben. Een voorstelling voor pure liefhebbers.

Dreigingsniveau. Daarnet verlaagd naar Niveau Drie. In het Brussels Gewest. Vrijdagmiddag, als ik haar spreek, groene thee voor zich, blijkt dat ze er later die avond haar goed ontvangen voorstelling Liefhebben speelt. Toeval? Bestaat niet. Dat blijkt eens te meer. Ze heeft, eventjes maar, overwogen haar optreden af te gelasten. Een gewetenskwestie. Maar ja, ze is toch ook de maakster van My name is Rachel Corrie? Nou dan! In die voorstelling, een diep ontroerend politiek pamflet, vertelde Van Dolron hoe de Amerikaanse studente Rachel Corrie naar de Gazastrook ging om Palestijnse burgers te helpen in het conflict met Israël, en zich in Rafah als levend schild opstelde. Met haar eigen dood tot gevolg. Van Dolron: “Ik ga toch maar wel naar Brussel. Ook voor al die lieve militairen met machinegeweren, die jongetjes van 21”. Later laat ze op Facebook weten: ‘Ik ben in Brussel, mooie stad. Die niet zo leeg is als de media liet zien, maar ook niet zo vol als de mensen in Brussel zouden willen. Ik maak Liefhebben, het boek, af en voel me veilig en gelukkig, tussen mijn zinnen, in mijn taal’.

Zijn het moeilijke tijden voor mensen die hartstochtelijk willen liefhebben zoals Laura van Dolron dat zo graag wil. “Juist niet”, antwoordt ze vol vuur. “Het is juist fijn om tegenkleuren te kunnen aanbrengen in al het leed, het verdriet en de onzekerheid van de laatste tijd. Nee, voor liefhebben zijn het dus eigenlijk bij uitstek góede tijden”. Ze fungeert graag als ‘wellnesscentrum voor de geest’. “Maar er zitten in Liefhebben ook echt wel cynische kantjes en stukjes, hoor”, stelt ze haar vaste gehoor gerust. En toch, ondanks het lieve mededogen dat uit haar voorstellingstitel spreekt, is Liefhebben ook, en tegen wil en dank, ontegenzeggelijk een politiek statement: “Níet over politiek praten. Dat is wat mij betreft óók een uitspraak. Kunst is altíjd politiek”.

Ze is de afgelopen tijd naar eigen zeggen milder, veel milder geworden, vriendelijker vooral ook. Vindt ze van zichzelf over zichzelf ook. Als zelfverklaard ‘stand-up philosopher’ (Sartre zegt Sorry, Iemand moet het doen, Wat nu nodig is) heeft de komst – na een eerdere miskraam – van haar dochtertje die nu welgeteld elf maanden telt misschien wel voor een dijkdoorbraak gezorgd. “Door dat ene, ooit verloren wezentje ben ik meer gaan relativeren. Heb ik er een levenslaag bij gekregen. Voor mij is ‘thuis’ nu echt een warmtebron. Vroeger keerde ik als alleengaande altijd in een donker, leeg huis terug. Facebookend de avond door. Ik handel en denk nu veel minder vanuit pijn en vanuit eenzaamheid dan toen. Want ik weet nu dat thuis een nieuw leven op me wacht. Ik ben écht geen getormenteerde Amy Winehouse hoor. Ook geen Kurt Cobain”.

Haar moment van grootste ‘liefhebbendheid’. Niet de geboorte van haar dochter, zoals je geneigd zou zijn te denken. Ook niet het huwelijk dat ze is aangegaan. Wat dan wel? “Eigenlijk heel veel ‘kleine’ momenten. Dat je samen met zijn drieën ontspannen op bed ligt, adrenalinepauze, en merkt dat je dochter nu al hard op weg nu al een eigen paadje kiest! Het is het niet precies aan te geven welke momenten dat zijn. Ze overvallen je, naderhand besef je het pas, ze gebéuren, opeens. Flits, zijn voorbij zonder dat je het zelf goed en wel in de gaten hebt”.

Ondertussen is Liefhebben een voorstelling om breeduit te omarmen. Op een onnavolgbare, typische Van Dolron-wijze, die het midden houdt tussen een openhartig persoonlijk statement, conference, collegeles en achtbaan-voor-de-geest: “Durf teder te zijn”. Een ding wil ze erg duidelijk stellen: Haar voorstelling is in iedere geval niet zoiets als uit Liefde is …, van die € 9,95 miniboekjes. Van Dolron: “Ik pluk er echt geen citaat uit hoor!”

Liefhebben van Laura van Dolron is van dinsdag 8 tot en met woensdag 16 december te gast in het NT Gebouw. Meer informatie: nationaletoneel.nl. Tickets reserveren: 0900-3456789.

Advertentie

Wat is zes miljoen?

Theatermaker Laura van Dolron en het Paperclip Project

Na de dodenherdenking openen theaters door het hele land de deuren voor Theater na de Dam. In Den Haag doen het Nationale Toneel, de Koninklijke Schouwburg en Theater aan het Spui mee.

Abel Herzberg schreef ooit: ‘Er zijn in de Tweede Wereldoorlog geen zes miljoen joden uitgeroeid, maar er is één jood vermoord en dat zes miljoen keer’. Herzberg wekt het absurde getal tot leven – en dat is nodig, want de meest recente wereldoorlog verzandt snel in een opeenstapeling van abstracte getallen. In het Paperclip Project besloten Amerikaanse middelbare scholieren en hun docenten daarom het aantal van zes miljoen paperclips bijeen te brengen.

Withwell. Klein, blank en overwegend christelijk. Een dorpje in de bergen van Volunteer state Tennessee. Linda Hooper, directrice van de Middle School, begon er in 1998 een project over tolerantie. De Holocaust moest de ogen van haar leerlingen openen voor de wereld buiten. Haar leerlingen ontdekten dat inwoners van Noorwegen – waar de paperclip werd uitgevonden – paperclips droegen tijdens de Tweede Wereldoorlog om zo hun verzet te uiten tegen Nazi-Duitsland. En dus verzamelden de scholieren zes miljoen paperclips, die ze sinds 2001 monumentaal tentoonstellen in een treinwagon.
Een documentaire werd gemaakt om het wat aanvankelijk kwakkelende project vlot te trekken, en die was voor Laura van Dolron (Sartre zegt sorry, Wat nodig is, Iemand moet het doen) ‘gefundenes fressen’. “Al snel slaat de oprechte zoektocht naar begrip, liefde en tolerantie om in potsierlijke massahysterie. Het project verandert – typisch Amerikaans – in een wedstrijd om wie het hardst kan huilen voor de camera, met als inzet een zuiver geweten. Tragisch, verbijsterend en tegelijkertijd hilarisch,” zegt Van Dolron, uitvinder van de stand-up philosophy en voorheen artist in residence bij het Nationale Toneel.

De voorstelling Lieg ik soms? die in 2006 uit de documentaire aan haar pen ontsproot is een ingenieuze valstrik. “Ik speel graag de advocaat van de duivel, altijd gedaan,” legt ze uit. Wat eerst een parodie lijkt, keert zich dan ook na drie kwartier tegen de makers – naast schrijver/regisseur Van Dolron de acteurs Wolter Muller, Martijn de Rijk en Joris Smit – en het publiek. Want, zo vragen zij zich af, zijn zij eigenlijk zelf niet even onoprecht en sensatiebelust als de makers van Paper Clips? “Ik wil niet in dezelfde valkuil trappen als de mensen in de documentaire. In deze voorstelling leggen we daarom de sensatiejunk in onszelf genadeloos bloot”, zo licht Van Dolron toe, die na een jaar van betrekkelijke radiostilte opnieuw de weg naar het theater opnieuw gevonden lijkt te hebben. Naast Lieg ik soms? werkt ze aan momenteel een nieuwe productie, getiteld Liefhebben, die in september uitkomt onder de vlag van haar eigen gezelschap.

Van Dolron maakte Lieg ik soms? indertijd bij het Noord Nederlands Toneel. De organisatie van Theater na de Dam, die de nationale herdenking een ander aanzien wil geven, stelde voor het opnieuw te spelen. “Zij willen de herdenking ontdoen van zijn heiligheid. Spannend, want bij alle piëteit en gedragenheid heeft Lieg ik soms? een hele andere toon: een rockende reflectie op schijnheiligheid. De spelers sparen niets of niemand behalve de mensen die herdacht worden. Als je niet alleen wilt zwijgen maar ook nadenken en durft te lachen, ben je meer dan welkom. En vraag je met ons af of je stil moet zijn om te herdenken of dat de boel eens flink moet worden opgeschud”.

Laura van Dolrons Lieg ik soms? is op zondag 4 mei 2014 te zien in Theater aan het Spui. Meer informatie: www.theateraanhetspui.nl. Telefonisch reserveren: (070) 345 52 72.

Hartekreten in wervelende mozaïekvertellingen

Laura van Dolron wil nu vooral luísteren

In haar altijd zeer persoonlijke voorstellingen zoekt Laura van Dolron de illusie achter de illusie. Stand-up philosophy, zo omschrijft Van Dolron haar vorm van theatermaken. Maar ze wil meer: ze verlaat het repetitielokaal, in een radicale poging de hedendaagse maatschappij te duiden, te verwerpen en dan weer te omarmen.

Ze is als zalf voor de ziel, kauwgom voor de hersenen, zo schreef een recensent, In haar nieuwe onderneming Laura Luistert … Live en Lastminute worden we van allerganserharte uitgenodigd ‘mee te denken’, via Facebook. Als nauwelijks enig andere generatiegenoot slaagt Van Dolron (1976) er in om aan veel van haar en existentieel klinkende twijfels een heldere stem te geven, evenals aan de speurtocht naar idealen en de, soms verlammende, verwarring van leeftijdgenoten. Haar voorstellingen liggen daardoor dicht, als een nauwsluitende huid, op de geest van de tijd. Scherp en doorgaans op bijtende toon, analyserend tot op het bot en honend van zelfspot, keert ze iedere, íedere waarheid binnenstebuiten. Vlijmscherp, compromisloos en onconventioneel , en toch mét humor beziet zij de wereld in rap tempo, en zonder de minste omwegen, van oprecht en stuitend authentiek commentaar: ‘Wat hoor je kloppen als je de hectiek van alledag buiten sluit?’

Genoeg gepraat, zo meent ze nu, na jaren van voorstellingen waarin ze uitgebreid aan het woord was. Nu wil ze luisteren. Wat is nú nodig, vraagt ze zich af. Precies zoals in een van haar eerdere voorstellingen, maar maakt ze er deze keer vier verschillende ‘bijeenkomsten’ van, soms met een diner als entr’acte. Ze wil, samen met u, eten en denken, en zich laven aan utopieën die een bonte stoet aan prominente gasten gaat uitstrooien. Ze heeft voor Laura luistert… een aantal geestverwanten uitgenodigd, “noem ze wederzijdse bewonderaars”, aldus Van Dolron, die ze de voorbije jaren heeft leren kennen en waarderen. “Ik geef mezelf een enorm cadeau door deze avonden te organiseren”. Het resulteert in vier verschillende ‘Sinterklaasavonden’ vol gloedvolle, sprankelende speeches en dromerige debatten: een religieuze, een utopische, een begrafenis- en een acteursavond. Laura: “Deze aanpak geeft me een excuus om met een aantal mooie, markante mensen die ik ben tegengekomen, na te denken over schoonheid en troost, hoop en wanhoop, over de zin en onzin van het leven”.

Het lijken bij voorbaat onconventionele en ontroerende avonden te worden. En passant doet Laura een poging de theaterzaal opnieuw te definiëren, want die zal worden gebruikt als kerk, rouwkamer, atelier voor wereldverbetering, en als speeltuin voor acteurs. Daarnaast schrijft ze zelf last minute, a l’improviste (“Ik haat gekunsteldheid”) en ter plekke commentaar op wat ze aan zich zag en hoorde voorbijtrekken. “Het voelt voor mij minder eng als een voorstelling maken, want mijn gasten staan immers centraal. Maar als ‘festivaldirecteur’ moet ik wel zorgen voor een lawine aan prikkelende voordrachten en die onderling op elkaar afgestemd te krijgen”. Ze hoopt dat de schoonheid van het moment zal zegevieren, dat details een universele betekenis krijgen en dat er eerder ‘overeenkomsten dan verschillen’ aan het licht treden’. Van Dolron: “Ik schrijf niet voor mezelf, nooit gedaan ook. Ik wil hiermee onder meer mijn eigen eenzaamheid verbreken, want ik ben gewend alleen te werken. Ik wil met deze bijeenkomsten aan bezoekers, de sprekers en de bezoekers vooral troost bieden. Ik hoop dat ik niet alles in mijn eigen straatje ga duwen en ik wil vooral geen illusies construeren”.

Laura Luistert … Live en Lastminute door Laura van Dolron i.s.m. Goed Gezelschap van Laura en het Nationale Toneel. In Theater aan het Spui van woensdag 15 mei t/m vrijdag 24 mei. Met bijdragen van (onder voorbehoud) Alexander Rinnooy Kan, Anniek Pheifer, Désanne van Brederode, Ellen Schoenaards, Eva Duijvestein, Freek Vielen, Jan Jaap van der Wal, Jantien Koenders, Jeltje van Nieuwenhoven, Koos Terpstra, Maarten Mertens, Marjolein van Heemstra, Mark Kulsdom, Martijn de Rijk, Peter van Rooyen, Pieter Hilhorst, Rebekka de Wit, René Gude, Rogier Schippers, Sacha Hilhorst, Sjaan Duinhoven, Steve Aernouts, Sunny Bergman, Theo Nijland, Toos Linnemann, Wim Helsen, Wouter Hillaert en Yuri Saris.

Meer informatie: www.nationaletoneel.nl en www.theateraanhetspui.nl. Telefonisch kaarten reserveren: (070) 346 52 72.

Heldin in weerwil van zichzelf

The English Theatre in Den Haag: ‘My name is Rachel Corrie’

Op 16 maart is het op de kop af tien jaar geleden dat de Amerikaanse vredesactiviste Rachel Corrie in de Gazastrook zonder pardon werd platgewalst door een bulldozer van het Israelische leger. Ze liet het leven. Volgens een onderzoek van het Israëlische leger was het een ongeluk.

Toen de Amerikaanse studente Rachel Corrie zich in Rafah voor een huis dat het Israëlische leger plat wilde walsen als levend schild opstelde, werd ze overreden door een bulldozer. Ze liet daarbij het leven. Volgens het leger was het een ongeluk. Omstanders dachten daar anders over. Op 16 maart is het op de kop af tien jaar geleden dat het incident plaatsvond.

Rachel Corrie, een min of meer ‘gewone’ jonge meid, groeide op in de welvarende luxe en relatieve vrijheid van het westen. Ze vertrok op 23-jarige leeftijd naar de Gazastrook, waar ze Palestijnse burgers wilde bijstaan in het zich voortslepende en onverkwikkelijke conflict met Israël. Ze hield een dagboek bij en correspondeerde met familie en vrienden. Vele e-mails zijn nog altijd op het internet te lezen. ‘I am in Rafah: a city of about 140,000 people, approximately 60% of whom are refugees – many of whom are twice or three times refugees. Today, as I walked on top of the rubble where homes once stood, Egyptian soldiers called to me from the other side of the border, “Go! Go!” because a tank was coming’. (…) ‘You just can’t imagine it unless you see it – and even then you are always well aware that your experience of it is not at all the reality: what with the difficulties the Israeli army would face if they shot an unarmed US citizen, and with the fact that I have money to buy water when the army destroys wells, and the fact, of course, that I have the option of leaving’.

De theaterbewerking My name is Rachel Corrie die de Britse acteur Alan Rickman en toneelschrijfster Katherine Viner op basis van haar dagboeken en correspondentie maakten, veroorzaakte in 2005 in Engeland en daarna in Amerika veel commotie, waar het zelfs een tijdlang verboden is geweest. In Nederland maakte stand-up philosopher Laura van Dolron er enkele jaren geleden van het beschikbare materiaal een indringende en aangrijpende voorstelling. De vanuit Den Haag opererende Stichting The English Theatre (STET) presenteert het stuk nu in de versie die de Italiaanse actrice Marta Paganelli er vorig jaar van maakte. “We werken vaak samen met Guildhall, de dramaopleiding in Londen”, verklaart Elske van Holk, oprichtster en directeur van STET, de keuze voor de Italiaanse. “Die opleiding werkt samen met zusterorganisaties in Italië. Marta Paganelli viel op tijdens een uitwisselingsprogramma van derdejaarsstudenten vorig jaar”. De keuze houdt ook verband met een voorkeur bij STET voor programma’s rond het Joods-Palestijnse vraagstuk. Van Holk: “Vorig jaar hadden we een voorstelling van de Palestijns-Israëlische verhalenverteller Raphael Rodan op bezoek, nog daarvoor hadden we The Dentist van de Israëlische actrice Razia Israely. En na My name is Rachel Corrie is een voorstelling geprogrammeerd waarin brieven van Kafka centraal staan”.

STET presenteert My name is Rachel Corrie door Marta Paganelli op donderdag 21, zaterdag 23 en zondag 24 maart (Engels) en vrijdag 22 maart (Italiaans) 2013 in het NT Gebouw. Meer informatie en online tickets: www.theenglishtheatre.nl.

Laura van Dolron als kerstboom zonder piek

Oudejaarsconference en andere clichés…

De ergste kerstdiners zijn díe gelegenheden dat iedereen zich plooit en niemand breekt, de schijn ophoudt. Laura van Dolron ging diep in zichzelf te rade voor haar nieuwe Oudejaarsconference. “Er kan pas iets moois ontstaan als je jezelf op de tocht durft te zetten”.

De kerstliederen galmen allang weer uit de luidsprekers, vitrines van winkels veranderen zo gauw Sinterklaas zijn hielen heeft gelicht naar Spanje is teruggekeerd als bij toverslag in heuse kerstpretparken. De sneeuw, de kerstbomen, de glimmende lichtjes, rode rendierneuzen en zingende kinderen: het wordt sommigen eventjes teveel. Winterdip is een, kerstziek twee, opgelegde oudejaarspret is drie, de knock-out. En dat in een tijdsbestek van nauwelijks een paar weken. Het is hard werken geblazen.

“Treurig”, zegt Laura van Dolron. “Het is de treurige blik van iemand die zich zichtbaar ongelukkig voelt. Nog versterkt door dat rare maatpak met bijpassende vlinderdas en het pico bello kapsel bij wijze van stralende piek erbovenop”. Stand-up philosopher Laura van Dolron spreekt over de foto op de voorzijde van haar promotiefolder voor haar voorstelling Oudejaarsconference en andere clichés, waarvoor ze zich in een chic zwart galapak met satijnen revers en wit overhemd heeft laten hullen. “Treurig word ik ervan om in deze periode van het jaar als in een wurggreep aldoor opgewekt en oergezellig te moeten zijn. Dat opgelegde pandoer heeft een beklemmende uitwerking op me. Het eeuwige moeten, vre-se-lijk”.

Gewapend met goede voornemens stelt ze quasisarcastisch een ‘heerlijk avondje met pluche en poedersuiker’ in het vooruitzicht ‘in het door mannen gedomineerde mijnenveld van de oudejaarsconferences’. Dat mijnenveld dient zich met name aan in de persoon van cabaretier Wim Kan, een van de ‘Grote Drie’ van het Nederlandse cabaret en de onbetwiste grondlegger van het oudejaarsgenre. Kans politieke conferences groeiden uit tot een nationale gebeurtenis, eerst op de radio later ook op tv. Hij sleurde gezaghebbende politici en autoriteiten uit hun genoegzame ivoren torens en presenteerde hen als mensen van vlees en bloed, iets wat tot dan toe als onvoorstelbaar werd geacht in de onderhorig ingestelde samenleving. “Wim Sonneveld zegt me eigenlijk niet zoveel”, verantwoordt Van Dolron haar keuze. “Toon Hermans is me te zacht, dromerig en licht. Kan spreekt me van de drie het meeste aan en is voor mij ook de meest interessante en de meest politieke. Hij voerde een voortdurende strijd tegen de wereld om hem heen. Hij moest, bijvoorbeeld, almaar voldoen aan de als overspannen veronderstelde verwachtingen om zich heen. Zo kampte hij ondanks zijn successen vaak met angstaanvallen. ‘Vreselijke gewoonte om al in november van jezelf te moeten zeggen dat je op 31 december leuk zult zijn’, schreef hij in een van zijn dagboeken. Wim Kan mocht niet somber zijn, hij móest, tegen wil en dank, grappig zijn – en ging daar jaren bijna aan onderdoor: ‘Ik voel me op elke première als een trapezewerker die zijn nummer zonder valnet moet doen!’ Hij dwong zichzelf ertoe van oudejaarsavond een heerlijk avondje te maken. Samson, Rutte. Of ik dat ook ga doen is zeer de vraag …” Voor Van Dolron geldt het feit dat Kan geen bestaande, kant-en-klare toneelteksten speelde maar die zelf schreef, ook als een punt van herkenning. “Daarnaast stond hij vaak in zijn eentje voor een zaal, ook al zoals ikzelf. Opgesloten in een in principe enge confrontatie met het publiek.”

Van Dolron herkent in Wim Kan de strijd die deze op een gegeven moment tegen zichzelf maar ook moest voeren tegen de hoogopgeschroefde verwachtingen van het publiek en tegen het genre op zichzelf. “Ik ga niet doen wat hij deed. Natuurlijk, ik heb weet van het legendarische koffertje van Kan, iedereen om me heen kwam met boeken en dvd’s aanzetten toen ik met Kan op de proppen. Dat alles gaan we dus in ieder geval niet nadoen”, zegt Van Dolron. “Ik wil een voorstelling maken over het willen voldoen aan verwachtingen, over de durf om je onzekerheid te laten zien, om te somberen en hoe ikzelf daarmee om ga. Dat hoeft niet deprimerend te zijn; het kan ook heel louterend werken. En ik wil daarbij graag het beeld dat mensen tot nu toe van mij hebben aan diggelen helpen. Al zijn er maar twee mensen in het publiek die precies begrijpen wat het is om aldoor braaf te moeten zijn. Om hen is het me te doen”.

“Meer dan voorheen voel ik me echt kwetsbaar”, zegt Van Dolron, “bijna als een kwetterend vogeltje dat al lange tijd genoeg aan zichzelf heeft maar desondanks wil uitroepen: ik ben bang voor jullie”. Ze heeft het gevoel dat deze voorstelling veel persoonlijker van karakter is dan al haar eerdere. “Er kan pas iets moois ontstaan als je jezelf op de tocht durft te zetten. Je moet door de mand durven vallen. Pas dan kun je weer door met je leven”. In een ademtocht door: “Het heeft wat mij betreft trouwens iets verwarrends, dat uitbaten van je privéleven. Hoewel ik in het verleden vaak zonder omwegen liefdes- en privéperikelen en public opbiechtte is het bij deze voorstelling zo dat ik ook mijn slechte kant de vrije loop geef. Ik wil strijden tegen het brave meisje dat veel mensen in me zien, als een puber die uit pure recalcitrantie haar geliefde of haar ouders op de proef wilt stellen. Vorig jaar rond deze tijd deed ik een ‘best of’ show waarin ik allerlei hoogtepunten uit eerder voorstellingen op een rijtje zetten; in vergelijking daarmee wordt het deze keer meer punk De afgelopen voorstellingen heb ik me van mijn zachte kant laten zien; dat moet weer op scherp worden gesteld”.

Het jaar reduceren tot de hapklare hoogtepunten: de Olympische Spelen, de kabinetsformatie, Project X-feesten, dat gaat ze dus niet doen. “Moet ik het dan zijn die je gaat vertellen wat je het afgelopen jaar zelf hebt meegemaakt?” Waar gaan we naar toe in het nieuwe jaar? heette de show die Wim Kan in 1976 uitbracht. Toevallig ook het geboortejaar van Laura. “Ik kijk op dat jaar terug, maar niet te veel. Eigenlijk reduceer ik het overzicht van dat jaar tot slechts een enkele unieke gebeurtenis… precies!

Oudejaarsconference en andere clichés van Laura van Dolron is een productie van het NT en Goed gezelschap van Laura, te zien op zaterdag 15 december in Theater aan het Spui, op donderdag 27, vrijdag 28 en zondag 30 december in het NT Gebouw.

Briljant en breekbaar reisverslag

Laura van Dolron bij het Nationale Toneel

Theatermaakster Laura van Dolron is artist in residence bij het Nationale Toneel. Met Iemand moet het doen maakte ze echter een voorstel in plaats van een voorstelling: spreken is zilver, zwijgen is goud.

Helemaal aan het einde van haar vertelling vraagt ze oprecht om stilte. En om applaus. Maar dat mag pas op haar neerdalen als die stilte zijn werk heeft gedaan. En pas nadat iemand uit het publiek zo dapper is geweest om op haar uitnodiging haar hand vast te nemen. Het lijkt wat melodramatisch allemaal, maar gelukkig weet Laura van Dolron alles met een kwinkslag te brengen.

Van Dolron is dit seizoen artist in residence bij het Nationale Toneel en ze presenteerde er van de week Iemand moet het doen. Ze geldt als een enorm opkomend theatertalent en uitvindster van het genre van de stand up philosophy. Een theaterdiscipline waarin het inderdaad draait om een persoonlijke presentatie en het uitbrengen van een stortvloed aan met humor doorspekte woorden. Bij haar worden die afgewisseld met prangende, vaak met een existentieel engagement volgestopte, levensvragen. Aangelegenheden die ieder weldenkend mens zich vandaag de dag nu en dan behoort te stellen. Toch draait haar presentatie vooral niet uit op een filosofiecollege, en de enige namen die, en dan nog terloops, in dat verband weerklinken zijn die van Sartre en Camus.

Het Nationale Toneel heeft haar carte blanche gegeven. En dus mocht ze op kosten van het establishment van het gezelschap liefst vier reizen maken. Met de opdracht welteverstaan dat die tot een nieuwe voorstelling van haar hand zouden leiden. Ze antwoordde: ze zou geen voorstelling maken, maar een voorstel. Een voorstel voor een betere wereld.

Die reizen, volgens Van Dolron ontdekkingstochten, voerden haar naar een retraite in een Thais stilteoord, naar een vermeend antikapitalistische kluizenaar op een Spaans eiland, naar een ontmoeting met Palestijnen in Jeruzalem (waar ze voor The Nationale Theatre of Palestine overigens en passant haar vertelling My name is Rachel Corrie speelde) en naar Groningen, waar ze tijdens een cursus woede leerde omzetten in liefde.

In haar voorstelling, of vooruit: voorstel, doet ze verslag van de reizen en de ontmoetingen die ze had. Wat vooral treft is de verpletterende ontwapenende werking die er van haar reisverslag, haar optreden uitgaat. Zonder de minste opsmuk, in aller-soepelste alledaagse taal, met nul decor, zonder enig kostuumontwerp en terwijl ze nota bene bij wijze van back-up A-viertjes in haar hand houdt, weet ze oneindig te boeien, je bij je lurven te grijpen. Je gelooft eenvoudigweg in haar, of je dat nou wil of niet. En dat komt vooral doordat haar vertelling zo eenvoudig, intens en authentiek lijkt, of, waarschijnlijker, ook echt is. Haar verbazing lijkt niet gespeeld, haar uitgesproken angsten en fobieën reëel en de vragen die ze zichzelf en haar gehoor voorhoudt zijn niet meer dan terecht. En de wereldverbeterende oplossing die ze uitvindt, is eenvoudig, legitiem en verfrissend tegelijkertijd.

En toch wringt er iets: is dit wel toneel te noemen? Die vraag is wat mij betreft academisch. Iemand moet het doen is te beschouwen als een monoloog. En dus hoort haar optreden op een toneelpodium thuis. Natuurlijk zijn er cabaretiers die zich ook op het vlak van haar hybride genre begeven, zoals cabaretier Micha Wertheim bijvoorbeeld. Toch weet zij de concurrentie van hem en zijn soortgenoten te ontstijgen, vooral door zichzelf zonder voorbehoud bloot te durven geven. Haar persoon valt samen met haar personage. Iemand moet het doen is een briljant voorstel, een voorstel dat is weggelegd voor only the brave.

Nationale Toneel: Iemand moet het doen. Tekst, concept en spel: Laura van Dolron. Tot en met 7 november te zien in het NT-Gebouw te Den Haag. Toegangskaarten: 0900 3456789. Voor meer informatie en een weblog: www.nationaletoneel.nl.

‘Ik ben zelf ook een tikkie onzeker en angstig vandaag’

Stand-up philosopher Laura van Dolron speelt Mijn naam is Rachel Corrie

Laura van Dolron is hot zoals dat heet, en is dit jaar verbonden als artist in residence bij het Nationale Toneel in Den Haag. Ze blijkt een multitalent: ze schrijft, regisseert én speelt haar eigen voorstellingen. Ze introduceerde een nieuwe voorstellingsvorm, die van de stand-up philosophy. Een genre dat zich laat typeren door doorgaans snelle montagevoorstellingen waarin vragen en antwoorden over hoe de wereld te verbeteren over elkaar heen buitelen, zodat nadenken en lachen elkaar voortdurend afwisselen.

Als opmaat tot haar nieuwe premiere bij het Nationale Toneel, medio oktober, speelde ze haar solo Mijn naam is Rachel Corrie. Ogenschijnlijk in haar kloffie, sneakers onder de benen, een PET-flesje water bij de hand, treedt ze haar publiek tegemoet. Ongewapend, alleen, kwetsbaar speelt ze een intrigerend en indringend verhaal over een 23-jarige Amerikaanse studente die naar de Gazastrook trok om Palestijnen te helpen. Ze werd overreden door een bulldozer. Een ongeluk volgens het leger. Maar omstanders dachten daar anders.

Onlangs bracht ze een bezoek aan Israel en ze bezocht toen ook Palestijns gebied. En hield tijdens haar reis een online dagboek bij. ‘Lieve mensen, een kleine update vanuit Israël. Het is hier bere interessant. Iedereen praat honderduit tegen ons over het conflict. Ik vreesde dat het een probleem zou zijn dat ik niet zo veel weet, dat is absoluut niet aan de hand. Hoe minder je weet hoe beter, hoe meer mensen je het kunnen vertellen. De Palestijnen zijn ongelooflijk vriendelijk en gastvrij. De Israëli’s zijn agressiever van aard en behoorlijk paranoia… Hoewel de soldaten, die op elke straathoek staan met grote geweren, er zijn om de Palestijnen angst aan te jagen lijken de Israëli’s veel onrustiger en angstiger. Ik ben zelf ook een tikkie onzeker en angstig vandaag, want ik heb voor dat ik wist aangeboden dat ik Mijn naam is Rachel Corrie zal spelen in The National Theatre of Palestine. Behoorlijk spannend om een solo te spelen over Gaza voor mensen die daar misschien wel familie verloren hebben… Ik heb een dag om de tekst te vertalen, maar denk ik dat gewoon live in mijn hoofd ga doen.’

 

Het frappante is dat ook Rachel Corrie een dagboek bijhield. Fragmenten daaruit zijn door Van Dolron gecombineerd met citaten uit e-mails van de Amerikaanse. Van Dolron plaatste zich door haar bezoek aan het Midden-Oosten linea recta op een en dezelfde lijn met Corrie. Dat moet een hallucinerende ervaring zijn geweest. Een ervaring die zich ook laat lezen en ervaren door de toekijkers van haar voorstelling in het Nationale Toneelgebouw. Kraakhelder opgebouwd, onnadrukkelijk geacteerd, geen omhaal van woorden. Mijn naam is Rachel Corrie is een vrijwel recht-toe recht-aan-relaas, dat juist doordat er zonder opsmuk wordt gespeeld, extra hard aankomt. Behalve een uiterst persoonlijk portret is de voorstelling daarom ook per saldo een pamflet, een geschrift dat laat zien hoe paradoxaal het leven in bezet gebied en er direct omheen moet zijn.

Op vrijdag 16 oktober 2009 gaat Dolrons nieuwe solovoorstelling Iemand moet het doen in première bij het Nationale Toneel. Van Dolron: ‘Het zal geen voorstelling worden, maar een voorstel, voor een betere wereld!’ Tijd om de agenda erop aan te passen.

http://www.lauravandolron.com