Satyagraha: Ontmoetingsplaats voor een betere wereld

Mix van Indiase met moderne dans in operawerk Satyagraha van Philip Glass

Sinds 2011 is oktober in Den Haag tot ‘Indiase maand’ gedoopt. Hoogtepunt op het aanstaande India Dans Festival is Satyagraha, een inspirerende totaalhappening van dans, zang en muziek. De opera wordt voor het eerst integraal uitgevoerd als dansvoorstelling.

Nadat in de voorgaande edities twee van de drie delen afzonderlijk werden uitgebracht, breekt dan nu het moment aan dat deze Satyagraha in volle glorie en omvang kan worden getoond tot een unieke voorstelling over kracht en geweldloosheid, waarin de Indiase cultuur versmelt met hedendaagse opera.

Voor het eerst zijn de drie aktes in een enscenering voor dans als marathonvoorsteling te zien. Indiase meets moderne dans. De componist zelf gaf hoogstpersoonlijk toestemming aan de producenten om het zo te doen. Zestig westerse en Indiase koorzangers, operazangers, Indiase en moderne dansers en live muzikanten geven Glass’ operawerk uit 1979 nieuwe allure.

Het ligt niet voor hand om uitgerekend een operawerk van een componist die seriële muziek schrijft, tot brandpunt te nemen voor een festival dat draait om Indiase dans.

Niettemin: allereerst is ‘satyagraha’ een Indiaas begrip, het wees Mahatma Gandhi letterlijk de weg naar geweldloos protest. En dan is voor Glass, die dit jaar 80 is geworden, de kennismaking met Indiase muziek doorslaggevend geweest voor zijn ontwikkeling. Hoofdvakdocente Nadia Boulanger bracht hem als twintigjarige Parijse conservatoriumstudent in 1966 in contact met de toen 54-jarige Indiase sitarvirtuoos Ravi Shankar. Glass: ‘Mijn muzikale vader’. Boulanger droeg Glass op om de Indiase muziek van Shankar om te zetten in westerse muzieknotaties.

Hij reisde daarop af naar Noord-India en bleef het land ook daarna veelvuldig bezoeken. Tel daarbij op dat Glass altijd veel voor dans heeft geschreven, zo was al in zijn baanbrekende opera Einstein on the Beach een choreografe van Lucinda Childs opgenomen. Tot op de dag van vandaag componeert Glass nog geregeld voor deze kunstdiscipline.

De eerste steen
Satyagraha is Glass’ meest ‘Indiase’ opera,  twee jaar na het succes van zijn baanbrekende Einstein gecomponeerd. De kiem ligt in een reis naar Kalimpong (India) in 1969, schrijft Glass in het standaardwerk Words Without Music.

‘Op ochtendwandelingetjes ging ik gewoonlijk langs bij een tapijtenhandelaar aan de Tienmijlenweg. Met Mister Sarup, de eigenaar, dronk ik geregeld een kopje thee. Op een dag troonde hij me mee naar het plaatselijke filmzaaltje, waar hij een vertoning geregeld had. Het was een bioscoopjournaal uit 1930 over de Zoutmars. Daar viel me toen een klein mannetje op die werd omstuwd door een mensenmassa. Tuurlijk, ik was bekend met Gandhi, maar mijn god, was het dat in een dhoti gehuld ventje? Op dat journaal liep hij het water in, deed zijn lendendoek af en doopte die in het water. Zo omzeilde hij het verbod van de Engelsen om zout te winnen. I was on fire.’

Satyagraha (1979) vormt met Einstein on the Beach (1976) en Aknaten (1983) een ‘portrettrilogie’ over wereldhervormers – al zijn het muzikaal compleet verschillende werelden – met Gandhi in de eerstgenoemde opera als spilfiguur.

Samen vormen ze een drieluik over mannen wier leven en werk het aanzien van de wereld hebben veranderd: Einstein als man van de wetenschap; Gandhi, de man van de politiek; en Akhnaton, de man van de religie. Ze veranderden de wereld niet met geweld, maar met de kracht van ideeën. Satyagraha is op zichzelf ook een drieluik met in elk van de drie bedrijven een verwijzing naar een historisch figuur.

Glass: ‘Het verleden wordt vertegenwoordigd door Tolstoi, die met Gandhi correspondeerde en hem ‘broeder in Transvaal’ noemde. Het heden staat in het teken van de Indiase dichter en Nobelprijswinnaar Tagore, een tijdgenoot van Gandhi, die hem op marsen vergezelde en met hem vastte. De toekomst wordt verbeeld door Martin Luther King, die in zijn strijd voor burgerrechten in de VS Gandhi’s geweldloze aanpak overnam.’

Satyagraha als Koyaanisqatsi, die Glass eind jaren zeventig componeerde, waren zijn eerste werken waarin maatschappelijke kwesties centraal stonden. ‘Dit was een onderwerp waarover ik al geruime tijd met componisten in heel Europa in discussie was. (…) Het rode boekje van Mao was destijds heel populair onder Europese kunstenaars en sommigen waren zelfs maoist. Ik was daar verbaasd over omdat ik niet begreep waar het vandaan kwam.’

‘Ik was toen al tien jaar met Satyagraha bezig; ik las over Gandhi, dacht veel na over het Amerika van de jaren zestig en hoe zich dat verhield tot het Zuid-Afrika rond 1890, de tijd dat Gandhi zijn beweging voor geweldloze maatschappelijke verandering begon. Ik had ontdekt dat toen hij in Zuid-Afrika aankwam, gekleed in krijtstreeppak en bolhoed op, met zijn eersteklaskaartje in de trein stapte, hij er meteen weer uit werd gegooid. Het bracht Gandhi zelfinzicht: ‘O! Ik ben niet degene die dacht te zijn, ik ben de persoon die zij van mij maken, en wat mij overkomt is verkeerd.’’

De tweede steen
‘Wat ik mooi vind aan zijn muziek is hoe die aansluiting vindt bij een breed publiek,’ zegt Rick Schoonbeek van Kwekers in de Kunst, voorheen Dario Fo. Hij was het die Leo Spreksel, artistiek directeur van Korzo, op het spoor van Satyagraha zette. ‘Na eerder een geslaagd project op het India Dans Festival 2014 te hebben gedaan, stelde ik voor Satyagraha te doen. Niet in de oorspronkelijke vorm maar met Indiase dans. Meteen al was duidelijk dat we geen orkest van 50 musici op de been konden brengen, daarom heb ik een bewerking gemaakt voor dubbel strijkkwartet en piano. Dat is een uitputtingsslag voor de musici, vooral de celliste heeft het te verduren want die moet geregeld de hand in het ijs houden om dit muziekstuk live tot een goed einde te kunnen brengen. Niet alleen uiterst inspannende muziek om te spelen, het is ook vernuftige muziek, met ritmisch verschuivende patronen en invloeden van Indiase raga’s.’

De derde steen
‘We kregen toestemming van Glass voor deze enscenering omdat hij bekend is met de moeder van Revanta Sarabhai, choreograaf van de eerste akte,’ vertelt Leo Spreksel. ‘Zij was een beroemde danseres. Glass stelde daardoor vertrouwen in ons project.’
‘Het verhaal van de opera volgen we inhoudelijk niet letterlijk, wel gebruiken we de thematiek uit ieder van de afzonderlijke aktes en vertalen die in dans. ‘In elk van de drie delen mixen we de traditionele Indiase dansvormen kathak en bharata natyam met moderne dans. In het laatste deel zit ook urban dance, daarvoor tekent de inmiddels gelauwerde choreograaf Shailesh Bahoran, die zich laat inspireren door zijn Hindoestaanse roots.’

‘Ik was meteen overtuigd van het belang van dit project: De emancipatie van dansculturen, de verbinding die het legt met de stad Den Haag en met de hindoestaanse gemeenschap.

Ook ben ik er trots op dat het een artistiek project is. Zonder uitzondering toont het publiek zich ontroerd. Daarbij is de muziek geweldig en actueel. En het laat de dans zien als een mondiaal verschijnsel. De invloed die het Oosten op het Westen heeft in het DNA van de dans, is razend interessant.’

kader:
Professionele operazangers, muzikanten en dansers.
Korzo producties en Kwekers in de Kunst brengen in Satyagraha 60 zangers van het Indiase koor Zangam en Theaterkoor Dario Fo bijeen.  De voorstelling is te zien tijdens het India Dans Festival.

kader:
India Dans Festival
Het India Dans Festival is uitgegroeid tot een van de belangrijkste manifestaties voor Indiase dans in Europa. Vernieuwing en traditie gaan er hand in hand, van kathak tot urban Indiase dans en van bharata natyam tot moderne dans.

Korzo is het podium voor toonaangevende en beginnende talenten van over de hele wereld. Tijdens het festival zijn er ook concerten, workshops en dansfilms. Daarnaast zijn er ontmoetingen met de artiesten in de Korzo bar.
indiadansfestival.nl

 

Advertentie

‘We moeten door op een lager pitje. Dat is wrang’

Leo Spreksel (Korzo) houdt het vlak voor pensioen voor gezien

Na dik 28 jaar gooit hij de handdoek in de ring. Op 1 september, met de pensioengerechtigde leeftijd in zicht, stapt Leo Spreksel  op als artistiek directeur van Korzo. Uit onvrede met het kunstbeleid, zegt hij.

Leo Spreksel, sinds 1988 artistiek roerganger van Korzo theater, gooit het bijltje erbij neer. Eerder beledigd dan moegestreden. “We moeten volgend jaar op een lager pitje door. Dat is wrang.” Uitmuntende rapportcijfers, internationaal geroemd als danshuis, en een ‘hub’ genoemd: mede door zíjn inspanningen voert de residentie trots het predikaat ‘Den Haag Dansstad’ in het vaandel. Hij kreeg onlangs de juryprijs uitgereikt van de Piket Kunstprijzen. Het stemt hem vooral bitter dat het Korzo niet gegeven is om voor ‘zijn’ productiehuis voor dans – uniek in Nederland – mee te kunnen profiteren van de landelijke maar sober gevulde subsidieruif voor de aankomende kunstenplanperiode voor 2017 tot 2020. Terwijl Korzo de afgelopen vier jaar al eens enorm heeft moeten interen door de toenmalige bezuinigingsslag in de kunsten. Ook de tien miljoen euro extra die in december op de valreep door de Tweede Kamer bij elkaar werd gesprokkeld, komen voor Korzo uiteindelijk neer op niet meer dan een druppel op een gloeiende plaat. Met de kerstdagen pal voor de deur is nog niet eens bekend hoeveel van dat extra geld per 1 januari naar Korzo vloeit. “En het is maar geld voor één jaar. Korzo valt heus niet om hoor, en de programmering, een mix van muziek, dans, theater en sinds kort ook circus, blijft grotendeels intact. De gemeente Den Haag steunt ons steeds geweldig hoor, dat moet gezegd. Maar in eigen huis met jong talent nieuwe dansproducties maken, jong talent omarmen, dat wordt nu wel veel lastiger. Doodzonde.”

Visie en missie
Spreksels grootste verdienste is dat het hem is gelukt om talentontwikkeling naar een hoger plan te tillen, in Den Haag en zelfs landelijk. Als weinigen begríjpt Spreksel jong talent, spreekt hún taal. “Het kunstklimaat van een stad kan alleen worden verrijkt als het professioneel en blijvend wordt ondersteund. Continuïteit is cruciaal. Talent loopt anders de stad uit, dat zie je nu al meteen gebeuren. Het besef moet doordringen dat zaaien pas over een paar jaar tot resultaat leidt, de toekomst is allang begonnen.” Het gaat hem aan het hart. “Het steekt enorm dat wat we in dertig jaar bouwden, gevaar loopt. De stem van makers en kunstinstellingen wordt tegenwoordig nauwelijks meer gehoord. We zijn gekaapt door het populisme.” Vastberaden blik: “We moeten harder terugvechten.” Bij Spreksel (1950) vallen geen soundbytes, oneliners of grote woorden. Neen, hier staat een man met een visie, met een bijna religieus op te vatten missie. “Den Haag heeft een heel eigen dansklimaat. Dat moet zo blijven. Dans en kunst zijn vitaal voor de samenleving, voor de leefgemeenschappen in een stad. Mensen moeten zich kunnen herkennen, kunnen spiegelen in wat op theaterpodia te zien is. Kijk,” legt hij bereidwillig uit, “als er geen goede pleinen meer worden ontworpen, dan moet het theater de functie van openbaar plein overnemen en mensen in de zalen samenbrengen.”

Juryprijs
Voor zijn voortrekkersrol op dansgebied kreeg hij onlangs de juryprijs van de Piket Kunstprijzen. Een blijk van waardering voor bijna 30 jaar aan niet-aflatende inspanningen voor ontwikkeling van de dans als kunstvorm. Zo zette hij dansvormen als Indiase dans en breakdance op de kaart. Jaren geleden had hij al eens een prijsje gekregen. In eigen kring dan wel, en eigenlijk voor de gein. Spreksel, lachend: “Omdat ik er nooit een won”. Totdat hij daar op maandag 21 november opeens met de juryprijs van de Piket Kunstprijzen in zijn handen stond. Voorafgaand aan de uitreiking had de artistiek directeur van Korzo theater geen natte voeten gevoeld, zegt hij. “Ik was uitgenodigd voor een discussie over talentontwikkeling.” Wel zag hij vóór dat debat opeens ‘verdacht veel bekenden’ rondlopen. “Verrast. Ik kan niet anders zeggen. Eervol ook, mede door het lovende juryrapport.”

Woestenij
Toen voorjaar 1984 in een kraakpand aan de Prinsestraat op de restanten van wat een bioscoop was, en Corso eerst Korso, en daarna Korzo werd, was dat een statement. Theater in het Hofkwartier! Spreksel kwam vier jaar later om de hoek kijken, toen hij na een studie letteren en een opleiding tot danser aan de Universiteit van Amsterdam, solliciteerde als dansprogrammeur, aanvankelijk onbezoldigd. “Maar ik zag toen al wel meteen de potentie van deze plek”, herinnert hij zich. Het Nederlands Dans Theater en, eventjes Djazzex, vormden in die jaren de contouren van het danslandschap in de stad. Andere dansgroepen meden Den Haag veelal, want de Koninklijke Schouwburg was ongeschikt voor dans, het NDT programmeerde in het Danstheater aanvankelijk geen dansgroepen van buiten, en Theater aan het Spui bestond nog alleen op de tekentafel. Spreksel spreekt van Den Haag als een woestenij, “terwijl in Amsterdam en elders in het land de dans bloeide.” De ommekeer in Den Haag kwam met CaDance Festival, bedacht om moderne dans in de etalage te zetten. Het festival werd in 1988 door John Reinders van Het Gebeuren in het leven geroepen. Spreksels vondst is dat hij er een premièrefestival voor jonge dans van maakte, indertijd een noviteit. De stad werd daardoor een interessante vestigingsplaats voor makers. Dansers van NDT, nu een samenwerkingspartner, kregen van Spreksel de kans om zelf te gaan choreograferen.

De humuslaag van Den Haag was definitief verrijkt. Op een goede dag werd Korzo gebeld door het ministerie. “Of we niet alsjeblieft een plan voor de Kunstenplanperiode 1992-1996 wilden indienen. Samen met Bernadette Stokvis heb ik toen met een fles wijn op tafel de bestaande plannen zwart op wit gezet.” Korzo was van de ene op de andere dag het allereerste productiehuis voor dans, en nationaal gesubsidieerd. Hij hekelt de bureaucratie en de rompslomp die tegenwoordig met het doen van aanvragen gepaard gaat. “Iedere aanvraag moet van a tot z zijn dichtgetimmerd, juridisch, zakelijk, financieel, marketingtechnisch. De inhoud lijkt soms bijzaak. Het is te vaak afvinken aan de hand van Excel-sheets. Betreurenswaardig.”

CaDance 2017
Het tweejaarlijkse CaDance festival, dat alterneert met dat van samenwerkingspartner Holland Dance, is een vliegwiel gebleken. Eind januari staat de 18e editie op stapel, met als openingsvoorstelling een nieuwe productie van choreograaf Amos Ben-Tal en muzikant Spinvis. Die editie staat al voor 99 procent in de steigers. Volwaardig. Voor Korzo komt de pijn na komend jaar, als hij ‘weg’ is. Over driekwart jaar. Hij toont zich bevreesd voor wat er na 2017 op hem en ‘zijn’ Korzo af komt. “Er móet iets gebeuren.” Geen gebalde vuist, geen spandoek vanuit het krakersbolwerk van weleer. Maar zijn strijdvaardige boodschap is gehoord.

 

Bruggen bouwen met dans

Deel 2 van ‘Glass’-opera Satyagraha tijdens India Dans Festival

Vorig jaar, met de vijfde editie, vierde het India Dans Festival een fraai feestje in het Korzo theater. Ook al omdat toen de wereldberoemde componist Philip Glass aan Korzo toestemming  gaf voor het opvoeren van zijn opera Satyagraha.

Het unieke is met name dat de toestemming een dansante uitvoering gold, plus de medewerking van twee bijzondere koren. Na de totstandkoming van deel 1 vorig jaar, volgt in oktober deel 2. Ondertussen kijkt nu al iedereen reikhalzend uit naar de integrale opvoering volgend jaar.
In ietsjes meer dan een lustrum is het festival uitgegroeid tot een van de belangrijkste manifestaties voor Indiase dans in Europa. Dat is onder meer te danken aan een breed aanbod, dat loopt van kathak tot urban Indiase dans, en van bharata natyam tot moderne dans. Artistiek directeur van Korzo, Leo Spreksel, zelf een fervent liefhebber van de Indiase danscultuur, begon jaren negentig al met het programmeren van niet-westerse dans. Hij ontdekte toen dat in en rond Den Haag een grote Hindoestaanse gemeenschap leeft, en hij merkte dat die graag komt kijken bij hoogwaardige kunst uit India. Vervolgens wist hij die te mobiliseren en aan zich te binden. “Korzo heeft als podium voor zowel toonaangevend als beginnend talent in moderne dans,” aldus Spreksel, “altijd ook het voortouw genomen in het presenteren van dans en muziek uit de hele wereld. Uiteenlopende programma’s die voortkomen uit de rijke diversiteit aan culturen die de stad Den Haag kenmerken. Zowel van grote artiesten uit binnen- en buitenland, als lokaal talent.”
Dankzij de jarenlange investering van de ‘Korzianen’ had Den Haag in 2013 een landelijke primeur te pakken met de oprichting van Zangam, het eerste Hindoestaans/Indiase koor van Nederland. Toen dit koor in 2014 voor de openingsact van de jaarlijkse Holland-India Festivals in Den Haag werd samengebracht met het Westlandse theaterkoor Dario Fo, blijkt dat de geboorte geweest van een unieke samenwerking.

Onderhandelen
Het was dirigent Rick Schoonebeek van Dario Fo die ervan droomde om Glass’ Satyagraha op te voeren. Hij zag een mooie kans én een goede partner opdoemen, ook omdat Satyagraha gebaseerd is op het leven van de Indiase verzetsheld Mohandas K. (zeg maar: Mahatma) Gandhi. Philip Glass maakte de opera als onderdeel van een trilogie rond mannen die de wereld hebben veranderd: naast Gandhi zijn dat volgens Glass de Egyptische farao Ekhnaton en wetenschapper Einstein. De beide koren werden vervolgens aangevuld met musici. Voor de dans tekenden Indiase en Nederlandse dansers en de choreografe Revanta Sarabhai. Daarop trok Spreksel de stoute schoenen aan. En het lukte Korzo als producent van de uitvoering om Philip Glass, een van de meest geprezen componisten van hedendaagse muziek, over de streep te trekken. Spreksel: “Na heel lang onderhandelen, dat wel. Door de korte termijn echter die vorig jaar resteerde tot aan de eerste uitvoering, kon pas een paar weken voor het festival een begin worden gemaakt met instuderen. Daardoor kon toen alleen het eerste bedrijf worden gedanst, gezongen en gespeeld. Toch zag dat er erg goed uit, zeker wanneer je beseft dat er slechts beperkte tijd was voor repetities.”

Integraal
Gerechtvaardigde hoop dus dat het dit jaar opnieuw goed gaat komen voor deel twee. De zangers en dansers mogen, eervol, het India Dans Festival in Korzo zelfs openen. De Haags-Indiase choreografe Kalpana Raghuraman, inmiddels wereldwijd doorgebroken, is bruggenbouwer tussen de klassieke Indiase en westerse moderne dans.
Maar het wachten is uiteraard op volgend jaar, wanneer tijdens het festival de grote alomvattende versie kan worden opgevoerd – met misschien Philip Glass zelf wel als toehoorder in de zaal. “Het is de bedoeling dat dan het volledige orkest aantreedt,” vertelt Spreksel, “twee keer zoveel koorzangers meedoen en er nog meer dansers bij zijn dan nu het geval is.” Den Haag kan zijn borst nat maken.

Satyagraha – Akte 2 van Philip Glass is te zien van vrijdag 14 tot en met zaterdag 16 oktober in het Korzo theater. Met medewerking van: Zangam koor, Dario Fo koor, Kalpana Raghuraman, dansers en musici. De uitvoering maakt deel uit van het India Dans Festival 2016 (14 t/m 29 oktober 2016). Meer informatie: indiadansfestival.nl en korzo.nl.

kader
Den Haag viert dit jaar weer de Indiase cultuur met het Indian Film Festival in het Filmhuis, India Dans Festival in Korzo en het India Muziek Festival in Zuiderstrandtheater en de Nieuwe Kerk. Deze viering opent onder de noemer Holland-India Festivals op 30 september met een galaprogramma. Kijk op: holland-india.nl

Cultuursensitieve crossovers

Den Haag: Internationale stad van Vrede en Recht, het koningshuis, veen en zand. Van Hagenezen, Hagenaars of Scheveningers. Maar ook van liefst 150 nationaliteiten met uiteenlopende culturele achtergrond op honderd vierkante kilometer stadsgrond bijeengebracht. Wat heb je hún te bieden? Kunstinstellingen in Den Haag blijken handige bruggenbouwers.

“Kort gezegd is het: ‘u vraagt, wij draaien’”. Voor het gemak vat hij het graag even samen. Nuancerend: “Je moet je verdiepen in bevolkingsgroepen”. Henk Scholten is directeur en programmeur van het Lucent Danstheater en de Dr. Anton Philipszaal, de zalen aan het Spui die tijdelijk naar het Zuiderstrandtheater op Scheveningen verhuizen. “Onze huisgezelschappen, Residentie Orkest en Nederlands Dans Theater zijn natuurlijk belangrijk, maar het grootste deel van de programmering verzorgen wíj. Hoe we dat aanpakken? We gaan zélf op zoek, treden in contact met doelgroepen in de stad. Als theaterinstelling in het hart van de stad ben je verplicht grote bevolkingsgroepen aan je te binden : Turken, Marokkanen, Indonesiërs, Afrikanen. En wist je dat in Den Haag met zestigduizend personen de grootste Hindoestaanse gemeenschap op het vasteland van Europa woont? Met opinion leaders uit hun midden halen we het beste en meest interessante uit het buitenland hierheen. Desnoods ga ik die acts eerst in het buitenland bekijken om ze aan den lijve te ervaren. Die formule is ook een prima garantie voor een goed gevulde zaal. Dat mes snijdt dus aan twee kanten. Een voorbeeld daarvan is dit seizoen de internationaal geprezen voorstelling Made in Bangladesh, dans over de misstanden in de textielfabrieken daar, onderdeel van het Holland India Festival. Ander voorbeeld: het Divali concert met het Residentie Orkest en Indiase zangers”, aldus Scholten, winnaar van de Divali Award 2013. “En soms gaat het om grote namen hoor. Onlangs bijvoorbeeld het Residentie Orkest met de Afrikaanse jazzmusicus Richard Bona. Of Bollywoodlegende Asha Bhosle die optrad met het Metropole Orkest“.

Volgens Scholten moet een theater allereerst een ontmoetingsplaats zijn. “Diversiteit in de programmering, dat is een kans om culturen te laten samenkomen. Om uiteenlopende publieksgroepen in de stad te bedienen. Denk aan de werking die uitgaat van de spontane ontmoetingen tussen publiek dat bij ons in de ene zaal een klassiek concert beluistert terwijl de andere vol Bollywoodfans zit. Vorig jaar hadden we hier zo’n vijftienduizend niet-westerse bezoekers over de vloer! Daarmee zijn we landelijk koploper. Of, zoals in het afgelopen seizoen: jazztrompettist Eric Vloeimans die samen met Indiase musici aantrad tijdens Hindi Jazz. Duizend Hindoestanen die collectief uit hun dak gaan. Wáánzinnig!”

Door grenzen heenbreken. Internationale allianties smeden. Voor het Korzo theater is het begrip ‘diversiteit’ geen issue. “Diversiteit is voor ons altíjd al het startpunt geweest, zit in ons dna, legt Leo Spreksel, artistiek directeur van Korzo, uit. Als podium voor moderne dans, nieuwe muziek en internationale muziek draait het in Korzo om ontmoetingen: tussen makers, tussen publieksgroepen, tussen kunstdisciplines. En dat op lokaal, nationaal én internationaal niveau. Met name Korzo’s unieke positie als productiehuis én als talentontwikkelingsplek op het gebied van dans illustreert dat. Spreksel: “Talentontwikkeling is het hart van wat we op dansgebied doen. De grootste talenten van de dans in Nederland zijn aan ons huis verbonden, werken híer aan nieuwe voorstellingen. Door dans in zijn volle breedte te presenteren – modern, urban, Indiase dans, ballet, circus – proberen we ook draagvlak te creëren bij nieuwe publieksgroepen. Dans is trouwens sowieso een internationaal speelveld; studenten aan dansacademies en dansers van gezelschappen zijn afkomstig uit alle denkbare gaten en uithoeken van de wereld. Een danser die ambities heeft om zich tot beginnend choreograaf te ontwikkelen, klopt vaak bij ons aan. Ook omdat Korzo een internationaal knooppunt, een hub is, we werken samen met vooraanstaande buitenlandse dansinstellingen, van Singapore tot Senegal en van Zweden tot Taiwan en Korea. Per jaar spelen we circa tachtig voorstellingen in het buitenland. En we brengen interessante artiesten ook naar Den Haag. Geen wonder dat talentvolle choreografen graag in Den Haag blijven.”

India Dans Festival
‘Een bruisende ontmoetingsplek voor alle gelederen van de dans’, zo betitelde vakblad Theatermaker in 2014 het India Dans Festival. Het festival is illustratief voor Korzo’s aanpak en voorbeeld van de manier waarop uit artistieke motieven inspirerende ontmoetingen voortkomen. “En die zijn uitwerking niet missen op het publiek. Hoe? Korzo is een platform. We verbinden lokaal danstalent met choreografen uit India en Nederland, oudere met jongere generaties. En we laten zien waar een stijl in oorsprong vandaan komt en hoe die zich hier verder ontwikkelt tot nieuwe vormen. Dát spanningsveld, dat vinden we van belang. Dat willen we laten zien. Zo werken we ook in de muziekprogrammering, zoals in The Seoul Connection, met muzikanten uit de kosmopolitische Zuid-Koreaanse hoofdstad.

Ondanks alle inspanningen is het straatbeeld nog altijd niet één op één terug te zien in de zalen. “Misschien is dat zo”, is Spreksel de eerste om toe te geven. “Maar het begint wél bij uitwisseling tussen artiesten én publiek. Je wilt beide groepen graag aan je binden. Hoe? Door ‘context’ aan te bieden, gesprekken, community projecten, workshops, colleges en dinermogelijkheden soms ook. In de relaxte sfeer van de Korzo bar kan je artiesten van over de hele wereld ontmoeten. We willen een ‘huis’ zijn, een ontmoetingsplaats, waar iedereen zich prettig kan voelen.”

Zuiderstrandtheater:

  • Made in Bangladesh is te zien op 21 oktober 2015.
  • Het Turkije Festival vindt van 4 tot en met 24 december plaats.
  • Dansende Derwishen dansen op 9 januari 2016.
  • De Diva’s van de Maghreb zijn op 12 maart 2016 te zien.

Korzo theater:

  • Het Dancing on the Edge festival is op 5 en 6 november 2015 in Korzo theater.
  • In The Seoul Connection, op 19 september 2015, spelen drie groepen uit Seoul met traditie en vernieuwing.
  • Het India Dans Festival (16 tot en met 31 oktober) en het Indian Film Festival (7 tot en met 14 oktober 2015) maken deel van uit het Holland India Festival (7 tot en met 10 oktober 2015).
  • In MaroComedy, een ‘couscous en baklava stand-up comedyshow’ leggen Marokkaanse, Turkse en Nederlandse roots onze multiculturele samenleving op ludieke wijze onder een vergrootglas. Koninklijke Schouwburg op 2 december 2015, 16 februari 2016 en 1 april 2016.

STREAMER
Bij de melting pot die Den Haag is past een open houding, gelijke kansen, respect en de ruimte om ‘anders’ te mogen zijn.

Take a pinch of white man
Wrap him up in black skin
Add a touch of blue blood
And a little bitty bit of Red Indian boy

Curly Latin kinkies
Mixed with yellow Chinkees
If you lump it all together
Well, you got a recipe for a get along scene
Oh, what a beautiful dream
If it could only come true, you know, you know

Blue Mink: Melting Pot