‘De strijd is nog niet gestreden’

Ontwerp voor het Meerjarenbleidsplan 2021-2024

Het college van B&W stuurde verleden week zijn ‘Ontwerpplan Meerjarenbeleidsplan 2021-2024’ naar de raad – en trekt daarbij en passant de portemonnee met 1,8 miljoen euro extra.

Crossing Border Festival blijft op nul gepind. Tenminste: als de gemeenteraad het ‘Ontwerpplan’ aanneemt. Maar het college steekt ook hier en daar een reddende hand uit. Het gaat dan om Muzee Scheveningen, Museum Bredius en STET, voor meer Engelstalig toneel. Verantwoordelijk wethouder Robert van Asten (D66) springt ook in de bres voor enkele Cultuurankers en voor het Zuiderparktheater. Verder wordt meer geld gestoken in een beter beheer van gemeentelijke kunst- en erfgoedcollecties.

Steunbetuigingen van literaire prominenten te over; toch blijft voor Crossing Border Festival (CBF) een toekomst in Den Haag ongewis. ‘Concullega’ Writers Unlimited krijgt ondertussen wél geld. Van Asten: “Ik kan er niet omheen dat Crossing Border eerdere adviezen in de wind heeft geslagen. Maar nu ligt die kritiek er opnieuw.” Bij Michel Behre van CBF is het Ontwerpplan hard aangekomen, voelt zich in de hoek gezet. “De gemeente had met ons in gesprek kunnen gaan op de kritiekpunten en bekijken of we er op een positieve manier uit kunnen komen, zonder het festival direct helemaal te stoppen.” Hij gaat lobbyen bij de raadsleden “Kijken we hoe we verder kunnen. Dat ligt onder meer aan het advies van het Letterenfonds dat in augustus komt. Maar we gaan ondertussen ook kijken wat er in andere steden mogelijk is.”

Ook De Dutch Don’t Dance Division trekt aan het kortste eind. Rinus Sprong van het dansgezelschap: “Opnieuw een mokerslag. Maar we gaan verder, hoe dan ook. Wel moeten we nadenken hoe, want als instelling stort onze ‘multiplier’ in, terwijl we ons ook verantwoordelijk voelen voor de dansers die speciaal voor De DDDD naar Den Haag zijn gekomen.” Hij herinnert zich: “Een jaar geleden zei Van Asten nog dat hij dans leuk is gaan vinden. Daar merken wij nu maar bar weinig van.”

Cultuurankers
Muzee Scheveningen behoudt in het Ontwerpplan zijn taak als museum, maar lijkt de functie van Cultuuranker te verliezen. Die wordt voor dit stadsdeel straks zo nodig toebedeeld aan een andere organisatie, en kan dan rekenen op jaarlijks € 75.000. Interim-directeur Jeroen van de Wiel zit niet bij de pakken neer.

“We gaan er hard voor knokken om de status van Cultuuranker te behouden. We zijn bewezen effectief in die rol. Het zou trouwens erg inefficiënt zijn om een andere organisatie op te tuigen in enig ander pand, want met Muzee als onderpand kun je de museum- en cultuurankerfunctie efficiënt combineren zodat ze elkaar onderling versterken.”

Net zo trekt het college de stekker uit het Diamant Theater, voornamelijk omdat het een te geringe verbinding met Haagse Hout wordt verweten. “Natuurlijk zijn we teleurgesteld,” zegt Mariët Struijk, “maar de strijd is nog niet gestreden.”

Ze doelt op een lobby naar de raad maar vestigt ook hoop op de mogelijkheid van een ‘doorstart’. “Samen met eventuele andere gegadigden voor het ‘cultuurankerschap’ in Haagse Hout gaan wij zeker zelf ook een voorstel doen.” Het Diamant Theater, gevestigd in de aula van het Diamant College, is al langere tijd op zoek naar een ‘eigen’ plek in de wijk. “Een alternatieve locatie is hier niet eenvoudig te vinden, zegt Struijk. “Maar we houden natuurlijk oren en ogen open.”

Zuiderparktheater
Het Zuiderparktheater blijft als voorziening voor theater en muziek behouden, wenst het college. Van Asten vindt een openluchttheater voor een stad met de allure van Den Haag onmisbaar, al moet dat ook in dit geval wellicht onder de vlag van een nieuwe organisatie. Dat is net als voor de twee bedreigde Cultuurankers een open uitnodiging: wie de handschoen past, trekke hem aan. Kjell Wagner, voorzitter, gooit de handdoek niet in de ring. “Vijf jaar geleden zijn we begonnen. We hebben gemerkt dat het is gelukt om wijk, omgeving, bezoekers én vrijwilligers die hier aan het werk zijn, te verbinden. We zetten daarom alles op alles om dat voort te zetten, in welke vorm of organisatie dat dan ook is.” Van Asten heeft jaarlijks € 100.000 over voor het Zuiderparktheater-nieuwe-stijl.

Positief
In weerwil van het advies kan STET (The English Theatre) dan toch rekenen op een subsidiebedragje. Van Asten: “We willen dat het Engelstalig theateraanbod minimaal op peil blijft.” En zo kan STET € 65.000 jaarlijks tegemoet zien. Elske van Holk van STET: “We zijn blij dat we weer door kunnen. We hadden dit eigenlijk niet verwacht. Op onze steunactie hebben we 2700 reacties uit de hele wereld binnen, en dan vooral van de internationale gemeenschap in Den Haag. Kennelijk heeft dat goed gewerkt.”

Door afspraken uit het verleden als gevolg van een legaat – kon het college formeel niet om Museum Bredius heen, is het contractueel ‘verplicht het in stand te houden.’ Het museum krijgt daarom, net als voorheen, jaarlijks € 145.717.

Slagveld
Het college neemt de andere bevindingen van de Adviescommissie ten aanzien van de andere aanvragers integraal over. Daardoor dreigt voor Den Haag verlies van om en bij 20 culturele instellingen. Zij kunnen nog tegen zijn voornemen ingaan door protest aan te tekenen, maar wellicht biedt een beroep op gemeenteraadsleden meer kans van slagen. Die vergadert in het najaar over het Ontwerpplan.

Advertentie

Cultuuradvies slaat gaten in Haags cultuuraanbod

Advies van commissie Meerjarenbleidsplan 2021-2024

Geen Crossing Border-festival meer, twee wijktheaters weg, theater Branoul en museum Bredius dicht, DeDDDD, Lonneke van Leth Dans en Zuiderparktheater koudgesteld, én geen monumentale kunst meer in de Electriciteitsfabriek.

Dat werd vorige week vrijdag 24 april bekendgemaakt op een perspresentatie. Commissievoorzitter Leertouwer: ‘Op weg naar de kunst van het mogelijke.’

Door: Eric Korsten

Althans: als het voorstel ‘Kracht en Kwetsbaarheid’ van de Adviescommissie Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2021-2024 integraal door college en raad wordt overgenomen. De commissie stelde op verzoek van cultuurwethouder Van Asten (D66) een 450 (!) pagina’s tellend rapport op over de verdeling van grofweg 56 miljoen aan jaarlijks beschikbare kunstsubsidies voor Haagse kunstinstellingen. Resultaat: bijna 20 instellingen dreigen kopje onder te gaan, veelal middelgrote en middelkleine instellingen.

De commissie mocht 56 miljoen uitstrooien over een totaal van 103 aanvragers, die samen voor € 15,3 miljoen méér hebben aangevraagd dan beschikbaar is. Onder de aanvragende instellingen waren liefst 33 nieuwkomers; vijftig van hen maken deel uit van het bestaande ‘Kunstenplan’. De adviescommissie besloot uiteindelijk positief over 57 aanvragende instellingen, ergo zeven ‘binnenkomers’. Voor liefst twintig Haagse culturele instellingen dreigt vanaf 2021 de geldkraan dicht te gaan met, als wellicht meest in het oog springende, het Crossing Border Festival – dat nu best eens naar pak ‘m beet Utrecht zou kunnen beslissen te verkassen.

Vooraf werd een veldslag gevreesd – en ja, daar is het op uitgelopen ook. Commissievoorzitter Leertouwer: “De vorige ronde verdween Toneelgroep De Appel. Opgeteld is het bedrag dat we dit keer aan hervorming voorstellen even groot, alleen is de pijn nu verdeeld over veel meer instellingen. We moeten op zoek naar de kunst van het mogelijke, dat is al heel lang onze opdracht. Komt het goed? Daar ben ik helemaal niet zeker van.”

Scherpe keuzes, maar toch ook nog de kaasschaaf eroverheen, dat tekent de nood waar de adviescommissie zich voor gesteld zag. Leertouwer: “Dat is wat geen enkele commissie wil horen natuurlijk, maar de constatering klopt.” Ook de instellingen die inhoudelijk positief werden bejegend, bleven in termen van toegeschoven euro’s vaak gelijkstaan, of kregen een plakje minder. “De gemeente heeft bij een vrijwel gelijkblijvende cultuurbegroting wel de ambitie uitgesproken om tot een culturele sector te komen met een gezonde bedrijfsvoering en ‘fair pay’, eerlijke loonbetaling, maar stelde daarvoor nauwelijks extra middelen beschikbaar.”

De extra kosten daarvan kunnen niet eenzijdig bij de kunstensector neergelegd worden, zo is de commissie het met belangenorganisatie Kunsten ’92 eens. Ze bepleit in ‘Kracht en Kwetsbaarheid’ daarom ruimhartiger steun. “Het is voor de Commissie duidelijk dat anders haar hele advies is gebouwd op drijfzand.”

In veruit de meeste gevallen is de onafhankelijke en externe ad hoc samengestelde commissie zeer te spreken over het bereikte artistieke peil van de aanvragers, zelfs ook dat van de negatief beoordeelde. In de beoordeling liep het echter vaak spaak op thema’s als bedrijfsvoering, diversiteit en / of inclusie.

‘Grootverbruikers’ in de stad worden gespaard, zijn ‘too big to fail’. Maar zij kregen, buiten de ‘Amare-instellingen’, er nauwelijks een centje bij – hoewel ze volgens de commissie de voorbije jaren uitstekend werk op de grasmat hebben gelegd. Het gelag en de pijn zit ‘m zo vooral bij de middelgrote instellingen, vooral in de dans en de klassieke muziek, waar traditioneel de klappen vallen ten faveure van broodnodige ‘vernieuwing’. Met name klassieke muziek en de dans zijn in dat verband kinderen van de rekening.

En dat terwijl het de commissie juist was opgevallen dat het Den Haag in diverse kunstsectoren juist aan instellingen van het middenformaat ontbreekt. Dat ‘middenveld’ – nu al niet bijster breed – verdwijnt nu bij bosjes. Dat is zorgelijk, ook omdat het voor een gezond kunstklimaat nodig is als contragewicht te dienen tegenover de grote jongens. Leertouwer: “Instellingen als Het Nationale Theater, Kunstmuseum Den Haag, NDT, PAARD en ook het Residentie Orkest nemen in hun sector een dominante positie in. Ze doen dat uitstekend, maar dit roept bij de commissie wel de vraag op of er een evenwicht is in de stad.”

Den Haag wordt gezien, klopt zichzelf graag op de borst als ‘tweede cultuurstad van het land. “Die ambitie is geen doel op zichzelf,” vindt Leertouwer. “Ik zou eerder kijken naar wat uniek is in deze stad, en voor deze stad, en dat iedereen een stem heeft.”

Amare
De ingebruikname van ‘cultuurpaleis’ Amare aan het Spuiplein is de grote trofee die de komende Kunstenplanperiode wordt uitgereikt. De commissie signaleert echter dat er, na jaren van onderling gesteggel nog steeds niet productief (genoeg) wordt samengewerkt. “Het wordt tijd voor een goed gesprek,” zo vatte cultuurwethouder van Asten op de presentatie de situatie samen.

Daar komt bij dat voordeurdelers Nederlands Dans Theater, Residentie Orkest en theaterorganisatie Amare ieder afzonderlijk méér zeggen nodig te hebben – en dat van de commissie op voorhand ook gekregen hebben. Eigenlijk is dat ‘extraatje’ een uitvloeisel van huurafspraken, noem het een restant, die al in 2012 werden gemaakt. Maar dat advies gaat evenwel ten koste van de andere Haagse kunstinstellingen – en dat terwijl cultuurwethouder Van Asten het op de loer liggende exploitatietekort van het cultuurpaleis met € 2,7 miljoen onlangs al heeft bijgepast. Maar een cultuurpaleis op halve kracht is natuurlijk ook niet wat je wenst.

Cultuurankers
Twee van de acht Cultuurankers, het stelsel van wijktheaters in de stad, kunnen de toets der kritiek van de commissie niet doorstaan, te weten Muzee Scheveningen en het Diamant Theater. Van Asten: “Dit had ik even niet voorzien. Ik wil zoek naar een oplossing. Hoe die eruit ziet? Dat weet ik nu nog niet,” waarmee hij expliciet aangeeft dat hij dit onderdeel van het advies niet gaat opvolgen.

De commissie zet Van Asten voor het blok, lijkt uit te zijn op een ‘gelijkrichter’, temeer daar de Ankers onderling van ongelijk soortelijk gewicht zijn. Van hen kunnen Theater en Filmhuis Dakota, Laaktheater, Theater De Nieuwe Regentes, Theater De Vaillant en de bibliotheken Leidschenveen en Loosduinen ondertussen met meer financiële armslag vooruitkijken. Samen krijgen de Cultuurankers er per saldo € 350.000 bij. “Voor de Cultuurankers is het dus een uitkomst die gemengde gevoelens oproept,” laat Vaillant-directeur Harrie van de Louw desgevraagd namens de Cultuurankers weten.

Museumkwartier
Of het concept van het Museumkwartier, de gewenste uiterlijke concentratie van musea rond de Hofvijver, er gaat komen blijft ongewis. Museum Bredius (‘verouderde dynamiek’) moet dicht of bij voorkeur ‘aansluiten bij het Haags Historisch Museum’. Museum Escher in het Paleis moet ondertussen met minder geld toe, hoewel verhuizing naar de voormalige Amerikaanse ambassade nog altijd een optie is. Kunstforum (voorheen West) is op nul groei gesteld, terwijl zij sinds dik een jaar juist bezit heeft genomen van diezelfde ambassade.

Eerste reacties
“Van de twaalf aanvragen door musea zijn er zes positief beoordeeld,” constateert Bas van Nooten, voorzitter van de Haagse Musea. “Bredius dicht? Dan weet je niet waar je het over hebt. Karaktermoord. En het Oranjehotel, zo belangrijk, valt ook buiten de boot. Wat het Museumkwartier betreft moet Den Haag nu eindelijk eens stelling durven nemen.”

Arjen Lakerveld, voorzitter van het Directieoverleg Podiumkunsten Den Haag: “Het advies komt bovenop ‘Covid-19’. Met theaters die straks misschien voor maximaal een kwart gevuld mogen zijn, wordt overleven lastig. We zijn met de gemeente in gesprek over een duurzame oplossing, steken de koppen bij elkaar. We moeten er gezamenlijk uitkomen, met het advies in de andere hand.”

“Bizar en buitengewoon kwalijk,” analyseert Michel Behre, directeur van Crossing Border Festival. Samenwerken met Winternachten? Hoe dan? We zijn totaal verschillenden hebben net als Winternachten tal van partners in de stad. Wat ik kwalijk vind is dat er geen expert in de commissie is op het gebied van literatuur noch popmuziek. Dat wreekt zich. Ondertussen krijgen we wel steun van het Letterenfonds. De merkwaardige situatie kan ontstaan dat we straks landelijk wel steun krijgen en lokaal niet. Dan trekt het Letterenfonds zich terug – en laat Den Haag tonnen liggen.”

Corona
Natuurlijk is er nagedacht over uitstel van het Meerjarenbeleidsplan, zo geven Leertouwer en Van Asten afzonderlijk van elkaar aan. Leertouwer: “Maar uitstel is niet wenselijk. De sector is toe aan duidelijkheid. En hoelang moet dat uitstel dan duren?” Van Asten: “Maar tot welk gevolg leidt uitstel? Sommige instellingen komen nu al niet uit. En juist de instellingen die goed werk leveren wil je kunnen belonen.”

De commissie benadrukt dat zij er zich zeer van bewust is dat haar advies naar buiten komt in een periode waarin de samenleving ernstig is verstoord door de coronacrisis. Extra ondersteuning en specifieke aanvullende maatregelen acht zij nodig om de culturele sector te helpen de gevolgen van de coronacrisis het hoofd te bieden.

De vlucht naar voren zoals de Adviescommissie daarmee neemt is terecht en voor de sector hard nodig. De vraag is echter zeer of dat er onder het huidige gesternte van kan komen. Daar komt bij dat in de aankomende anderhalvemetersamenleving de exploitatie van vele instellingen en met name theaters bijkans onmogelijk wordt, terwijl die situatie anderzijds nog wel een jaar kan aanhouden. Het is eerder omgekeerd: wellicht wordt de kustensector straks gevraagd zelf een offer te brengen, krijgt het anders gezegd: een generieke ‘solidariteitskorting ‘ opgelegd. Zeker is dat niets zeker is.

Vervolg
In juni doet het Haagse college aan de gemeenteraad een voorstel op basis van het advies. Dat voorstel wordt 8 september in de raad besproken. Een maand later, 8 oktober, stelt de gemeenteraad het definitieve plan vast.

Instellingen die zijn afgewezen kunnen een beroep doen op de ‘projectenpot’. Dat wordt dan een overlevingstocht omdat niet alleen zij maar ook nog tal van anderen daar een beroep op doen. Ook kunnen die culturele instellingen nog beroep en bezwaar aantekenen.

kader
Een aantal instellingen in Den Haag heeft geen aanvraag ingediend, doorgaans instellingen van nationaal belang, zoals onder ander het Mauritshuis. Ook particulier gefinancierde musea zijn buiten beschouwing gebleven, bijvoorbeeld het Literatuurmuseum, museum Beelden aan Zee en Panorama Mesdag.

Overigens is ook landelijk een Kunstenplan in de maak. Een aantal Haagse instellingen krijgt én vanuit Den Haag én vanuit het landelijke Kunstenplan geld, bijvoorbeeld Het Nationale Theater, Nederlands Dans Theater, Residentie Orkest en Korzo theater. Die veldslag krijgt de komende maanden zijn beslag.

SECTOREN
Theater
Het Nationale Theater (HNT) kan bogen op prachtige rapportcijfers én krijgt een pluim, al komt er uiteindelijk geen cent bij (€ 9.325,391). De commissie beziet de dominantie van Het Nationale Theater met enige scepsis. “Er is over het geheel bezien geen sprake van een vitaal theaterklimaat (…) HNT krijgt heeft ongewenst een monopoliepositie in handen die het zelf niet per se ambieert.” Diligentia/PePijn blijft stationair op € 837.131, net als Firma MES op € 189.791. Ondertussen moeten Literair Theater Branoul, het Zuiderparktheater, en het extreem beeldend geluidstheater van Dégradé het hoofd buigen. STET, dat ijvert voor Engelstalig toneel in de stad, wordt afgeserveerd.  Het Haags Theaterhuis is een verrassende nieuwe loot aan het Meerjarenbeleidsplan. De instelling kan jaarlijks € 90.000 tegemoet zien.

Pop, jazz, urban
PAARD is, als dominante factor, een ‘gelijkblijver’ (€ 1.413.000) ofschoon het kan bogen op een prima beoordeling. Een nieuwe ‘middenzaal’ door PAARD wordt door de commissie toegejuicht. Op festivalgebied springen Rewire eruit (€ 300.000) en Grauzone (€ 61.300). De commissie spreekt verder over een ‘verzwakt jazzklimaat’: “Opvallend is dat de reputatie van Den Haag als ‘jazzstad’ beperkt tot uiting komt in het stedelijke muziekaanbod en ook in de hoeveelheid aanvragers op dit gebied” – al kent het de aanvraag van Tonality (Rembrandt Frerichs en Tony Overwater) niet toe. Concertorganisator ProJazz wordt de komende jaren wel toegerust, met € 94.500.

De representatie van hiphopcultuur staat volgens de Commissie nog in de kinderschoenen. Stichting Aight is op dat gebied de enige volwaardige aanbieder. “Dit maakt haar positie bij voorbaat uniek, maar geeft tegelijkertijd aan dat er in Den Haag voor dit genre nog veel te winnen is.” Aight kan per 2021 jaarlijks € 180.000 verwachten, minder dan voorheen. De undergroundcultuur wordt met PIP ( € 190.000) bediend. Popmuziekcentrum Musicon krijgt straks jaarlijks € 260.000 toegeschoven.

Klassieke, oude en nieuwe muziek
Op het terrein van met name de kamermuziek worden harde noten gekraakt. De rijke ensemblecultuur wordt flink aangepakt: Ciconia Consort, Classical Encounters (voorheen Internationaal Kamermuziekfestival DH), Loos, Matangi Kwartet en het Prinses Christina Concours krijgen niets meer als het aan de commissie ligt. Festival Classique moet interen met een halve ton, Festival Dag in de Branding moet 20 mille inleveren (€ 182.000), Ensemble Klang mag door (€ 105.000) evenals Slagwerk Den Haag (€ 132.000); Modelo 62 krijgt nul, net als de New Dutch Academy. New European Ensemble blijft gelijk (€ 83.429).

Dominerende muziekuitvoerende instelling is het Residentie Orkest. Dat krijgt een pluim, én met het oog op Amare (zie ook elders) en met enige pijn in het commissiehart een bescheiden verhoging tot ‘slechts’ € 4.574.949 in het vooruitzicht gesteld. Grote winnaar is OPERA2DAY. De Haagse instelling wordt veel lof toegezwaaid en kan met € 430.000 rekenen op dik anderhalve ton méér dan het tot nu van Den Haag toe had.

Dans
Ook op dansgebied worden vele nodige noodlottige bewegingen ingezet. Als Dansstad mag Lonneke van Leth Dans omzien naar een andere financieringsbron, evenals Meyer Chaffaud en De Dutch Don’t Dance Divison. Kalpanarts schuift een bescheiden stukje op in de pikorde opschuiven tot jaarlijks € 110.00. Korzo krijgt een anjer in het revers maar blijft financieel gelijkstaan op het door haar gevraagde € 1.750.00.

Nederlands Dans Theater is hier de kolos. Het ontmoet applaus maar krijgt ook kritiek toegeworpen, met name op het gebied van diversiteit en de invulling van de programmering voor Amare. Het recente vertrekt van LigthfootLeon bij NDT, met medeneming van hun repertoire, kan NDT op landelijk niveau later nog zwaar vallen. NDT krijgt in Den Haag niettemin drie ton extra in de schoot geworpen: € 2.656.637. Holland Dance festival blijft steken op € 581.924. OFF Projects is de ‘new kid on the block’. Het initiatief rond Amos Ben-Tal is goed voor € 50.000.

Film
Filmhuis Den Haag is op dit gebied overheersend. Maar de enorme waardering van de commissie ten spijt krijgt het dertigduizend euro minder (€ 937.791). Filmfestival Movies That Matter blijft vrijwel gelijkstaan op € 189.046.

Letteren en debat
Zoals gezegd: Crossing Border Festival moet het veld ruimen. Het wordt met name verweten dat het haar artistiek-inhoudelijke missie niet goed op papier heeft weten te vangen. Writers Unlimited (€ 250.000) krijgt daarentegen ruim baan. De twee festivals zitten elkaar artistiek in de weg en staan volgens de commissie voortdurend met de rug naar elkaar toe ondanks eerdere oproepen, en ook zijn ze in een te dicht tijdvak opeenvolgend tijdvak geprogrammeerd. De commissie zag zich daarom genoodzaakt te kiezen.

Met Boekids heeft Den Haag een literair jeugdfestival. Het festival wordt gevraagd om met twintigduizend euro in te teren tot € 60.000. Met € 75.000 krijgt Huis van Gedichten er dertigduizend euro bij. Debutant Story Academy mag de vlag uithangen met liefst € 275.000.

Voorts krijgt geen van de partijen die had ingezet op een stedelijke debatfunctie groen licht. “De Commissie moet helaas concluderen dat deze in geen van de 35 aanvragen overtuigend is neergezet. De Commissie mist een gezamenlijke benadering en een sectorbreed gedragen plan.”

Musea en erfgoed
De musea in Den Haag zijn verantwoordelijk voor het grootste aantal cultuurbezoeken in de stad, waarbij met name de kunstmusea (inter)nationaal publiek trekken. De commissie: “Den Haag kent een gevarieerd museumlandschap. Daarmee vindt de Commissie de museumsector in belangrijke mate bepalend voor het imago van Den Haag als cultuurstad.”

Grote spelers in de stad zijn Kunstmuseum Den Haag, Haags Historisch Museum en Museon. Kunstmuseum Den Haag, inclusief GEM en Fotomuseum wordt geloofd maar moet het ondertussen doen met wat het al kreeg (€ 10.644.140). Het Haags Historisch krijgt € 1.892.000. Dat moet volgens de commissie Museum Bredius (‘verouderde dynamiek’) gaan beheren. Andere musea, zoals Mauritshuis, Mesdag Collectie, Panorama Mesdag, Beelden aan Zee en Omniversum zijn te bestempelen als rijksgesubsidieerd dan wel als particulier initiatief – en vallen daardoor buiten het bestek van het Haagse Meerjarenbeleidsplan.

Beeldende kunst
De Commissie ziet Den Haag als een bruisende gemeenschap van kleine beeldende kunstpodia, vaak geleid door kunstenaars en die informeel met elkaar verbonden zijn. Het totaal van dertien beoordeelde beeldende kunstinstellingen kent zeven nieuwe aanvragers. Dit is het hoogste aantal ten opzichte van de andere sectoren. De commissie wijst op de bedrijfsvoering van deze instellingen, die vaak op een ondergrens hun werk moeten doen.

Kunstforum (voorheen West) krijgt er met € 244.114 eigenlijk per saldo niets bij – en de commissie wijst er daarbij pijnlijk op dat de toekomstige huisvesting een probleemdossier kan worden.

Kunstruimte Nest boekt een halve ton winst tot € 162.000. Ook 1646 kan vier jaar door (€ 160.000). Stroom DH blijft op nul. De Grafische Werkplaats krijgt er dertigduizend euro bij (€ 81.726) Billytown zit en blijft in de wachtkamer, net als Heden en The Grey Space in the Middle. Als nieuweling mag iii voortaan € 65.500 toucheren.

De grootste veer die de sector moet laten is de Electriciteitsfabriek. De monumentale kunst die daar mogelijk is, wordt door de commissie als onvoldoende beoordeeld omdat ‘een artistiek-inhoudelijke visie’ ontbreekt.

Cultuureducatie en cultuuronderwijs
De commissie ziet een ‘stevige en sterke infrastructuur’ in Den Haag. Grootste knelpunt volgens haar is de afstemming en samenwerking tussen aanbieders op dit vlak. Ze prijst de instellingen Art-S-Cool, ( € 180.000, da’s € 75.000 meer dan nu) De Betovering, internationaal kunstfestival voor de jeugd (+ € 60.000 tot € 172.000) en nieuwkomer theaterschool Haags Theaterhuis (€ 90.000). Theaterschool Rabarber moet juist € 75.000 inleveren (€ 502.000). Topaze, ‘creatieve werkplaats in Transvaal’, wordt geprezen als bindmiddel tussen sociale groepen, en mag voortaan € 40.000 tegemoet zien.

Koepelorganisatie CultuurSchakel, educatief centrum voor school en vrije tijd, krijgt lovende woorden maar wordt ondertussen als rupsje Nooitgenoeg  gekwalificeerd. In pecunia gemeten wordt de instelling teruggefloten van € 3.422.335 naar € 2.123.994.

Ook de Cultuurankers spelen een rol in educatie. Zie daarover de eerdere opmerkingen hierboven.

Cultuurbeoefening in de vrije tijd
De commissie onderstreept het belang. Ze adviseert de middelen die daar nu op worden ingezet, te behouden. Dat heeft betrekking op bijvoorbeeld de regeling Haagse Amateurkunst, Ooievaarspas en Stichting Leergeld Den Haag, en het ‘snelloket’ Geld voor je kunst! Voorts verwacht de commissie veel van ‘combinatiefunctionarissen’ die bij de Cultuurankers moeten worden geposteerd.

Kunstzinnige vorming wordt van groot belang geacht, dit ‘vrijetijdsaanbod moet aan de markt worden overgelaten’.

OVERZICHT
Nieuw bloed:
Grauzone, Het Haags Theaterhuis, iii, OFF Projects, Page Not Found, Story Academy, Topaze.

Afvallers t.o.v. 2017-2020: Crossing Border, Ciconia Consort, Classical Encounters, Culture Clash 4U, De Dutch Don’t Dance Division, Diamant theater, Electriciteitsfabriek, Heden, Het Popdistrict, Lonneke van Leth Dans, LOOS, Matangi Kwartet, Meyer-Chaffaud, Museum Bredius, Muzee Scheveningen, Prinses Christina Concours, STET, Theater Branoul, TodaysArt, Trespassers W. Zuiderparktheater.

Gelijkblijvers t.o.v. 2020: CultuurSchakel, Filmhuis Den Haag, Firma MES, Het Nationale Theater, Holland Dance Festival, KOO, Korzo theater, Kunstforum/West , Kunstmuseum Den Haag, Movies That Matter, New European Ensemble, PAARD, Stroom DH, Theaters Diligentia & PePijn.

Winnaars (meer euri erbij):
Amare, Art-S-Cool, De Betovering, Bibliotheek Leidschenveen (Cultuuranker), Bibliotheek Loosduinen (Cultuuranker), Nederlands Dans Theater, Ensemble Klang, Grafische Werkplaats, Haags Historisch Museum, Huis van Gedichten, Kalpanarts, Laaktheater, Museon, Musicon, Nest, Opera2Day, PIP, ProJazz, Rewire, Residentie Orkest, Slagwerk Den Haag, Theater De Vaillant, Theater en Filmhuis Dakota, Theater De Nieuwe Regentes, Writers Unlimited.

Afgewezen / niet toegekend:
O.a. Another Kind of Blue, Billytown, Bureau Dégradé, Culture Unlimited, Ensemble Modelo 62, Heden, Herinneringscentrum Oranjehotel, Humanity House, Kwekers in de Kunst, Muziektheater Briza, New Dutch Academy, Prins27, Regentenkamer, The Grey Space in the Middle, Theatergroep Drang, Tonality.

Medea’s gruwelijke waarheid

Meervoudige kindermoord

Liefde, passie, moord. Een drie-eenheid. Oervrouw Medea kan erover meepraten.

Femme fatale maar toch vooral vrouw en moeder – al vermoordde ze haar twee bloedeigen kinderen. Medea. Euripides even monumentale als monstrueuze vertelling over haar is een van de oerstukken uit het klassieke toneelrepertoire. In ‘Antiher Medea’ bij The English Theatre (STET) heet het een ‘moderne tragedie’. Met, opvallend, een mannelijke hoofdrol voor de seriemoordenares.

De werkelijkheid overtreft de fantasie, haalt steeds alle (on)denkbare fictie in: teletekst is oneindig veel spannender dan Netflix. De ene terreurdaad, seriële lustmoord, schietpartij of misbruikzaak blijkt gruwelijker dan de voorgaande. De geschiedenis herhaalt zich al te graag. De mens is en blijft een diersoort.

Neem Medea. Jason troonde de met toverkracht begiftigde schoonheid mee naar ‘zijn’ Griekenland nadat zij hem had geholpen bij het veroveren van het Gulden Vlies. Maar later liet hij haar in de steek voor de dochter van de koning van Korinthe. Bloedbad: Medea doodde daarop hun twee zoontjes, evenals de koning van Korinthe en zíjn dochter.

Na een eeuwenlange opvoeringsgeschiedenis ruik je van verre haar woede, haar radicale revanche. Of besloot ze, hoe wreed ook, juist tot een liefdesdaad? Hoe het ook zij: haar ontpopping tot moordmachine blijft een superspannende ontknoping. Tot op de dag van vandaag duiken dan ook steeds weer Medea’s op, als archetype, soms real time, maar vooral als well-made play.

Zo schreef de Amerikaan Aaron Mark in 2013 ‘Another Medea’. De monoloog is nu naar Nederland gehaald door STET, de Haagse instelling die op professionele basis Engelstalig toneel produceert, uniek in Nederland. Mark stak de klassieker in een nieuw, verrassend jasje, want Medea is hier een homoseksuele man. Met die keuze trekt Mark als Amerikaan een parallel met Medea als vreemdeling en buitenstaander.

Hij geeft het psychologische drama weer door de ogen van psychopaat Marcus Sharp, hier gespeeld door de Zuid-Afrikaanse topacteur Albert Pretorius. Sharp spreekt vanachter de  gevangenismuren die hem omringen over zijn relatie met de rijke Britse arts Jason. Hij doet dat ten overstaan van een ongezien gewaande bezoeker: het publiek. Tot de weerzinwekkendste details aan toe doet hij zijn beweeggronden uit de doeken. En zoals psychopaten vaak patent hebben op het opwekken van sympathie, zo doen op hun beurt ook Sharp slash Pretorius dat.

Pretorius wordt geregisseerd door David Geysen. Het tweetal werkte eerder samen in Insomnia, Ararat en Messen in Hennen. Geysen is ook bekend van wijlen Toneelgroep De Appel en zijn onlangs opgerichte eigen label Dégradé.

Maar waar Dégradé graag uitpakt met extreem beeldend geluidstheater is deze eenakter geraffineerder in elkaar gestoken, onontkoombaar toewerkend naar een bloedig slot. Geysen: “Door de opbouw en ontwikkeling kruipt het verhaal langzaam onder je huid. De constante gedachte aan de onafwendbare plot blijft steeds als een onheilsbode in je hoofd dreunen à la ‘Mindhunter’.” Pretorius: “Dit verhaal is universeel, het kan iedereen overkomen.”

De mythische figuur van Medea is voor STET aanleiding voor een meerjarig project dat vorig jaar begon met een ‘oeruitvoering’ van het stuk door het Griekse gezelschap Skepsis. Ook de eerstvolgende twee jaren haalt STET een ‘Medea’ naar Den Haag.

STET: ‘Another Medea’. Van vrijdag 17 tot en met zondag 19 november 2017 te zien in Zaal 3. Engelstalig. Meer informatie: theenglishtheatre.nl.

 

Magisch midzomeravondtheater

STET met The Greatest Thing inclusief boottrip

Heerlijk buiten spelen: het kan weer, naar hartenlust. Met de volle zomerzon binnen handbereik en de zomertijd op zijn langst en breedst, kun je dezer dagen bijvoorbeeld een ‘visueel concert’ en omringend romantisch boottochtje maken met The English Theatre en De Haagse Willemsvaart voor een tripje via Laak naar het lommer van het Zuiderparktheater.

Of opstappen op de Mauritskade en via de zeventiende-eeuwse grachten en kanalen van het groengele stadscentrum naar eindpunt Hofje van Wouw varen. In beide gevallen is de voorstelling ‘The Greatest Thing’ de uiteindelijke reisbestemming. Je mag gerust je eigen picknic meenemen, drank is aan boord voorradig. Gedurende het jaar zijn er trouwens meer themavaarten, zoals De ParadeVaartjes, naar de Parade.

The Greatest Thing is een alleraandoenlijkst ‘neo’-sprookje voor jong en oud en daarenbuiten een magische mime en muziektheatervoorstelling van twee makers die Berlijn als standplaats gekozen hebben: singer-songwriter Miss Walker (Magdalena Walker) en mime-artiest Silent Rocco (Rocco Menzel). De plot? Uit de inhoud van Miss Walker’s gouden handtasje ontspint zich een muzikaal sprookje, met het publiek in een eigen rol. De makers nemen dat publiek naar eigen zeggen vervolgens mee naar een wereld vol magie, met in de hoofdrollen een zwijgende vagebond á la Charlie Chaplin en een schijnbaar levenloos neon-elfje.

Betovering
De dertigminutenvoorstelling van Miss Walker en Silent Rocco werd de afgelopen jaren gespeeld op verschillende straattheaterfestivals in Europa en Azië en was daar een ‘hit’ – en dan nu voor het eerst te zien in Nederland. Hoe is Elske van Holk van organisator The English Theatre (STET), dat zich al tien jaar beijvert voor (meer) professioneel Engelstalig theateraanbod in de hofstad, de voorstelling op het spoor gekomen?

‘Op een straattheaterfestival in Noorwegen zagen onze scouts het duo optreden,’ vertelt ze. ‘Ook kreeg ik goede berichten door van buitenlandse collega’s. Van de winter ben ik zelf de videoregistratie gaan bekijken. Wat me aansprak? Dat waren de blijheid, de vrolijkheid en de in het oog springende fleurige kleurigheid van de voorstelling,’ aldus Van Holk. ‘En om aan dit avondje een avondvullend karakter te geven, hebben we besloten er een boottocht omheen te organiseren. Ons publiek, veelal internationaal georiënteerde bewoners van Den Haag, krijgt daardoor een andere kant van de stad gepresenteerd, wordt zo in aanraking gebracht met stadsdelen die het misschien nog niet zo goed kent, zoals het naoorlogse Den Haag van Laak bijvoorbeeld.’

Natuurlijk kunnen ook op dagen dat de voorstelling te zien is, gelooide Hagenaars aan boord van een van de vier bootjes naar het Zuiderpark of Hofje van Wouw stappen. Want: ‘Language no problem,’ geeft Van Holk aan. ‘Er zit veel muziek in en voor zover er tekst klinkt is die eenvoudig te volgen. The Greatest Thing is daarom geknipt als familie-uitje.’

Besloten
Voor de bewoners van woonzorgcentrum Oldeslo organiseert STET buiten dit alles een besloten voorstelling van ditzelfde stuk. ‘Hartstikke leuk, er is daar een mooie tuin en bij regenweer kunnen we er zelfs uitwijken naar een theaterzaaltje, dus we kunnen er prima uit de voeten, en het is erg leuk om naar mensen toe te gaan om ze uit hun isolement te krijgen,’ licht Van Holk toe.

Toekomst
Voor de komende jaren is de toekomst van STET verzekerd. Op de valreep kende de Haagse gemeenteraad een subsidie aan de club toe, waardoor STET voorlopig in staat is om door te gaan op het ingeslagen pad. Op termijn wordt het initiatief trouwens opgegeten door Het Nationale Theater, dat de internationale programmering van theater in Den Haag ter hand gaat nemen.

STET: The Greatest Thing door Miss Walker en Silent Rocco, plus exclusieve boottrip. Van dinsdag 20 tot en met zaterdag 24 juni 2017. Meer informatie: theenglishtheatre.nl.

Heldin in weerwil van zichzelf

The English Theatre in Den Haag: ‘My name is Rachel Corrie’

Op 16 maart is het op de kop af tien jaar geleden dat de Amerikaanse vredesactiviste Rachel Corrie in de Gazastrook zonder pardon werd platgewalst door een bulldozer van het Israelische leger. Ze liet het leven. Volgens een onderzoek van het Israëlische leger was het een ongeluk.

Toen de Amerikaanse studente Rachel Corrie zich in Rafah voor een huis dat het Israëlische leger plat wilde walsen als levend schild opstelde, werd ze overreden door een bulldozer. Ze liet daarbij het leven. Volgens het leger was het een ongeluk. Omstanders dachten daar anders over. Op 16 maart is het op de kop af tien jaar geleden dat het incident plaatsvond.

Rachel Corrie, een min of meer ‘gewone’ jonge meid, groeide op in de welvarende luxe en relatieve vrijheid van het westen. Ze vertrok op 23-jarige leeftijd naar de Gazastrook, waar ze Palestijnse burgers wilde bijstaan in het zich voortslepende en onverkwikkelijke conflict met Israël. Ze hield een dagboek bij en correspondeerde met familie en vrienden. Vele e-mails zijn nog altijd op het internet te lezen. ‘I am in Rafah: a city of about 140,000 people, approximately 60% of whom are refugees – many of whom are twice or three times refugees. Today, as I walked on top of the rubble where homes once stood, Egyptian soldiers called to me from the other side of the border, “Go! Go!” because a tank was coming’. (…) ‘You just can’t imagine it unless you see it – and even then you are always well aware that your experience of it is not at all the reality: what with the difficulties the Israeli army would face if they shot an unarmed US citizen, and with the fact that I have money to buy water when the army destroys wells, and the fact, of course, that I have the option of leaving’.

De theaterbewerking My name is Rachel Corrie die de Britse acteur Alan Rickman en toneelschrijfster Katherine Viner op basis van haar dagboeken en correspondentie maakten, veroorzaakte in 2005 in Engeland en daarna in Amerika veel commotie, waar het zelfs een tijdlang verboden is geweest. In Nederland maakte stand-up philosopher Laura van Dolron er enkele jaren geleden van het beschikbare materiaal een indringende en aangrijpende voorstelling. De vanuit Den Haag opererende Stichting The English Theatre (STET) presenteert het stuk nu in de versie die de Italiaanse actrice Marta Paganelli er vorig jaar van maakte. “We werken vaak samen met Guildhall, de dramaopleiding in Londen”, verklaart Elske van Holk, oprichtster en directeur van STET, de keuze voor de Italiaanse. “Die opleiding werkt samen met zusterorganisaties in Italië. Marta Paganelli viel op tijdens een uitwisselingsprogramma van derdejaarsstudenten vorig jaar”. De keuze houdt ook verband met een voorkeur bij STET voor programma’s rond het Joods-Palestijnse vraagstuk. Van Holk: “Vorig jaar hadden we een voorstelling van de Palestijns-Israëlische verhalenverteller Raphael Rodan op bezoek, nog daarvoor hadden we The Dentist van de Israëlische actrice Razia Israely. En na My name is Rachel Corrie is een voorstelling geprogrammeerd waarin brieven van Kafka centraal staan”.

STET presenteert My name is Rachel Corrie door Marta Paganelli op donderdag 21, zaterdag 23 en zondag 24 maart (Engels) en vrijdag 22 maart (Italiaans) 2013 in het NT Gebouw. Meer informatie en online tickets: www.theenglishtheatre.nl.

Sober geregisseerd Engelstalig toneel over Nederlandse rechtsgeleerde

Hugo de Groot vermomd als moderne Robinson Crusoe

Engelstalig toneel is weliswaar geen zeldzaamheid in Den Haag, maar het aanbod is niet overweldigend. Toneelgroep Tusk probeert daar samen met The English Theatre verandering in te brengen met een ode aan Grotius.

Voor een stad die er zich – borstkloppend nog wel – op beroept zo internationaal te willen zijn, is het opvallend dat er niet al te veel Engelstalig of Franstalig theater in de stad te zien is. In Amsterdam en ook Rotterdam heeft zich de laatste jaren daarentegen wel een behoorlijk  Engelstalig aanbod ontwikkeld, tot zelfs geheel Engelstalige theaters aan toe. Al gaat het in die steden, toegegeven,  vooral om stand-up comedy, en moet je voor werkelijk goed Engelstalig toneel paradoxaal genoeg ook daar naar … de bioscoop.
Den Haag stak in het nabije verleden niet mager af tegen de andere steden. De aanwezigheid van tal van diplomatieke vertegenwoordigingen schiep een klimaat waarin van oudsher vooral het Franstalige aanbod kon gedijen, vooral door toedoen van, bijvoorbeeld, de Alliance Française. Toch is er in Den Haag opnieuw een kentering te zien met een aantal jaren geleden, althans waar het Engelstalig toneel betreft. Zo presenteert de Koninklijke Schouwburg met regelmaat, en meer dan voorheen, kwalitatief Engelstalig toneel, en timmert toneelgroep Tusk International Theatre, in het vierde jaar van haar bestaan, flink aan de toekomst, op weg geholpen door wat meer armslag van de gemeente. Met de toneelvoorstelling Mare LiberumNew Crusoe toont de groep aan dat het werk maakt van de ambities die het koestert. Daarin werkt zij samen met The English Theatre, dat met regelmaat producties oplocatie uitbrengt.

New Crusoe is een vertelling over Hugo de Groot, de man die aan de basis staat van het moderne zeerecht, moderne kaapvaarders ten spijt. En dat is natuurlijk koren op de molen voor Den Haag, immers zich internationale stad van het recht noemend. De stad verleende daarom aan de Haagse toneelschrijver Ton Theo Smit de opdracht om voor diens eigen toneelgroep Drang een stuk over de geroemde rechtsgeleerde te maken, ter gelegenheid van de het feit dat zijn befaamde Mare Liberum precies vierhonderd jaar geleden werd gepubliceerd. Een van de niet te uitbundige momenten van daadkracht van de gemeente trouwens, want veel optredens of festiviteiten zijn er rond dit gebeuren niet geweest. Tja.

Tusk vertaalde de tekst van Smit en maakte er een sober geregisseerde, maar glasheldere voorstelling van, waarin met name Edmund Dehn en Emmeline Prior opvallen. Hun rol, respectievelijk die van Hugo Robinson en Belle, verlenen het stuk diepte. En zo kan het gebeuren dat Hugo zich uiteindelijk, als in een soort van whodunnit, eigenhandig dient te verdedigen voor zijn al dan niet vermeende daden. In het stuk belandt Hugo op een eiland, nadat hij van zijn luxejacht is verdreven door Somalische piraten. Op dat eiland spoelen alras eerst piraat Osman en daarna de Koerd Rhazi aan en verstoren zijn rust. Als ten slotte zich ook een vrouw aandient worden alle verhoudingen op hun kop gezet.

Wat het stuk sterk ten goede kwam, was de locatie: het prachtige museum Beelden aan Zee in Scheveningen, waar tegen een stormige achtergrond het helmgras stevig zwiepte, en natuurlijk de zee de hoofdrol vertolkte. Een van de andere locaties waar New Crusoe te zien is geweest, was het gebouw van de Hoge Raad. Eveneens een markante plek, vooral ook omdat De Groot een grote invloed heeft en heeft gehad op ons rechtssysteem en rechtsgevoel.

De keuze om juist dit stuk te kiezen en het in het Engels te spelen, zegt wat over het belang van Hugo de Groot, maar ook over de wil van Tusk om middenin het Den Haag van vandaag te willen staan. Het is te hopen dat de groep de komende jaren kan groeien, zodat wie dat wil, meer Engelstalig toneel kan bekijken in de stad van Grotius.

Mare Liberum – New Crusoe door Tusk International i.s.m. The English Theatre (STET). Meer informatie: www.tusktheatre.net en www.theenglishtheatre.nl.