Leven in het licht van de dood

Topontmoeting in Den Haag: Caligula meets Julius Ceasar

Topontmoetingen. Wereldleiders. Den Haag is ermee bekend. Maar in een en dezelfde week twee van legendarische Romeinse keizers tegen het lijf lopen, dat is andere koek. Het kan, zomaar, in Den Haag.

De tragiek van de mens als soort is niet dat hij sterfelijk is, maar het besef heeft dat hij sterfelijk is. In dat opzicht verschillen u en ik van wat wij dieren zijn gaan noemen. Hoe te leven als we weten dat we zullen sterven, dat het leven in zekere zin zinloos is? Het leven is slechts leefbaar wanneer de mens in zijn wensen en idealen niet tot het uiterste gaat. Dat beweert Albert Camus (Het misverstand, De rechtvaardigen) althans volgens regisseur Thibaut Delpeut in het toneelstuk Caligula. Camus’ Caligula is een man die het zich hardop en in alle oprechtheid afvraagt. Natuurlijk, hij is ook de waanzinnige moordmachine die we uit de geschiedenisboekjes maar al te goed (her)kennen. En toch grijpt Camus, juíst Camus, existentialist, een treetje hoger. Zo laat hij Caligula aan zijn onderdanen zeggen: ‘Deze wereld is zonder belang, en wie dat inziet verovert zijn vrijheid.’

Nadat zijn zus en geliefde Drusilla het leven heeft gelaten, is ‘keizer-kunstenaar’ Caligula ontroostbaar. Vertwijfeling en verdriet over dit in zijn ogen onrechtvaardige verlies overmannen hem dagenlang. Hij besluit zijn volgelingen duidelijk te maken dat de mens niet gelukkig kán zijn. En doordat hij inziet dat hij de orde der dingen niet beheerst, niet kán beheersen, vereenzelvigt hij zich dan maar met het noodlot. En stort anderen moedwillig in eenzelfde noodlot. ‘Ik wil de maan, het is een van de dingen die ik niet heb. Iets dat waanzinnig is, de maan, geluk of onsterfelijkheid, maar dat niet van deze wereld is’. Hij zoekt de naakte ‘waarheid’. ‘Ik wil dat er in waarheid geleefd wordt, en ik heb toevallig de middelen om eenieder te dwingen in waarheid te leven’.

De wervelstormen die zijn hoofd teisteren leiden hem tot het inzicht dat zijn onderdanen zich volgens hem enkel verliezen in uitvluchten en ijdelheden. Hij verordonneert daarop een experiment, als een sectie naar de ziel, in de vorm van een nieuw belastingplan: Hij laat alle patriciërs, alle mensen in zijn rijk die over enig kapitaal beschikken – klein of groot, dat is hem precies hetzelfde – hun kinderen verplicht onterven en onmiddellijk een testament opmaken ten gunste van de staat. Caligula: ‘Naar gelang zullen wij die personen laten sterven in de volgorde van een willekeurig opgestelde lijst. En wij zullen erven. De volgorde van de executies doet er niets toe. Of liever gezegd, die executies doen er allemaal evenveel toe, wat meebrengt dat ze er niets toe doen’.

Regisseur Thibaut Delpeut (Nora, Freule Julie, Blasted) kenschetst Caligula als een meeslepend stuk, juist nu ideologieën lijken te wankelen en zekerheden op de proef worden gesteld. Volgens Delpeut, onlangs benoemd tot artistiek directeur van De Utrechtse Spelen, gaat het in dit stuk over primaire vraagstukken, vooral, na de val van de almacht van religies en het geloof in de vooruitgang door het kapitalisme. Precies zoals vlak voor de Tweede Wereldoorlog, de tijd waarin Camus Caligula schreef. Delpeut situeert het stuk in een ruimte die het midden houdt tussen een museumzaal en een zeventiende-eeuws anatomisch theater, de plek waar lijken openbaar werden ontleed. Dat klinkt bij elkaar wat zwaar misschien, maar Depleut heeft bewezen meeslepend en intens te regisseren.

Julius Ceasar
Julius Caesar ging Hamlet vooraf en is de eerste van de vijf grote tragedies van Shakespeare. De meeste Shakespeare-critici en -historici zijn het eens dat het toneelstuk de indertijd algemene gevoelde ongerustheid over de troonopvolging in Engeland weerspiegelt. Koningin Elizabeth I, die bekendstond als een sterke heerser maar ook bejaard was weigerde een opvolger aan te wijzen. Dit leidde ertoe dat de Engelsen zich zorgen maakten over het uitbreken van een burgeroorlog na haar dood.

Marcus Brutus, een goede vriend van Caesar, hier gespeeld door Cas Enklaar, wiens voorouders befaamd zijn door het verdrijven van de tirannieke Tarquinii-koningen uit Rome, laat zich overhalen tot een complot van senatoren tegen Caesar. Opgestookt door Cassius verdenken de samenzweerders Caesar ervan dat hij van de republiek een monarchie wil maken, waarin hijzelf de monarch wordt. Het duo wordt echter ook gedreven door afgunst en jaloezie, alhoewel Brutus ook wordt gemotiveerd door eergevoel en patriottisme.

Shakespeare portretteert tijdloos en meeslepend een groep mensen die besluit niet langer toe te kijken, en laat hun handelen zien en de consequenties hiervan. Julius Caesar handelt over een tijdperk op drift. De angst regeert en dat maakt het volk rijp voor manipulatie en demagogie. De taal is het wapen van degene die spreekt en retoriek viert hoogtij.

Een van de sterke punten van dit stuk is dat het de personages niet eenvoudigweg opdeelt in eendimensionale schurken en helden: de ‘grote Caesar’ heeft fouten, zijn moordenaar Brutus bezit ook deugden. Maar waarom heeft Shakespeare zijn stuk Julius Caesar gedoopt en niet Brutus? Brutus, bij het Zuidelijk Toneel gespeeld door Han Kerckhoffs, is immers de hoofdpersoon. Terwijl Caesar al halverwege het stuk sterft, in het derde bedrijf. Toch heeft Shakespeare voor Julius Caesar gekozen. Misschien uit verkoopoverwegingen, want ook bij zijn tijdgenoten-elizabethanen was Caesar een naam over wie iedere schooljongen had gehoord. Belangrijker is de overweging dat Caesar de spil van het stuk is, en ook na zijn dood de handelingen in het stuk beheerst.

De elizabethanen hadden grote eerbied voor de Romeinse deugden en geest. Ze zagen steeds imposante gebouwen en zuilengalerijen voor zich, waarin plechtstatige, in toga’s gehulde Romeinen rondwandelden en spraken over ernstige en gewichtige zaken. Geleerde dichters uit de achttiende eeuw liepen niet hoog weg met Shakespeares eruditie (klokken die slaan in het antieke Rome!; Brutus die een boek leest!), maar prezen vrijwel eenparig de authentieke sfeer van de Romeinse drama’s die hij opriep.

Julius Caesar door het Zuidelijk Toneel is op maandag 14 en dinsdag 15 april te zien in de Koninklijke Schouwburg. Meer informatie op www.hetzuidelijktoneel.nl en www.ks.nl . Caligula van De Utrechtse Spelen/Toneelschuur is van dinsdag 15 tot en met donderdag 17 april te zien in Theater aan het Spui. Meer informatie op www.toneelschuur.nl en www.theateraanhetspui.nl.

Advertentie

Onder de armen van een aap

Acrobatiek, circusacts, toneel en lachsalvo’s in 1001 nacht

“Een van de leuke stunts die ik doe voltrekt zich op het moment dat ik word meegenomen onder de armen van…  een aap!”, lacht Roos Eijmers. De jonge Haagse actrice ziet zichzelf ook vanaf de angstvallige hoogte van een vervaarlijke negen meter boven het podium bungelen tijdens een van de capriolen die ze ten uitvoer brengt in de voorstelling Vertellingen van 1001 nacht. De Haagse geniet er van: “Het bezorgt me een enorme toevoer van adrenaline, want je kunt behoorlijk naar beneden kukelen. Gelukkig ben ik uitgerust met een tuigje, zodat een mogelijke val opgevangen kan worden. Na iedere act moet ik even uithijgen,al is eigenlijk nauwelijks tijd voor want ik moet meestal haastje-repje door omdat het stikt van de haastverkledingen.”

De Vertellingen van 1001 nacht is een onderneming van Het Zuidelijk Toneel in samenwerking met ‘DWDD-tafelheer’ annex cabaretier Marc-Marie Huijbregts en de komieke viermanstheaterformatie Ashton Brothers. Onderneming is het goede woord. Eijmers: “Voor dit spektakelstuk langs zo’n vijftien theaters rijden steeds drie trucks met oplegger mee, omdat het decor dat vereist. Als gevolg daarvan kunnen we dus alleen in de grote zalen in Nederland deze voorstelling spelen”. Dat gegeven bezorgt haar een kick: “Vijftienhonderd man die, zoals in Breda, op een enkele avond ademloos toekijken. Prachtig is dat! Daarnaast halen we ook technisch en artistiek heel veel overhoop, want het gaat in de voorstelling om een wondere mengeling van acrobatiek, circusacts, toneelscènes, komische acts en live muziek”.

De Vertellingen van 1001 nacht zit boordevol zwoele nachten en sprookjesachtige verhalen. Ook de gelijknamige voorstelling schetst een licht-erotiserende wereld die verleidelijk anders oogt en die de fantasie weet te prikkelen. Het gegeven is niet onbekend: de mooie, maagdelijke Sheherazade (Marc-Marie Huijbregts) is verkozen tot de 1001e bruid van de brute sultan (John Buijsman). Na de huwelijksnacht wacht haar, net als alle vrouwen die haar in deze rol voorgingen, een macabere onthoofding. Om haar gruwelijke lot zo lang mogelijk uit te stellen verzint Sheherazade een reeks van fantastische verhalen waarmee ze haar aanstaande bespeelt. “Het is geweldig om te zien hoe Marc-Marie de zaal drie uur lang op sleeptouw neemt”, zegt Eijmers. Zelf speelt ze onder meer de rol van de zestienjarige Azieza die haar buurjongen Aziez wil huwen. “Maar zij is zo altruïstisch ingesteld dat ze hem behulpzaam is als blijkt dat hij een andere vrouw bemint. Het is trouwens een van de letterlijke vertellingen uit de oorspronkelijke overleveringen van de Vertellingen van 1001 nacht’.

De combinatie van puur toneel en fysiek georiënteerd spel ligt haar wel. “Het vergt wel een andersoortige concentratie dan het pure toneelspelen dat ik het meest gewend ben te doen”, verklaart de Haagse. Ook de mix van publiekstrekkers als Huijbregts en de Ashtons met een doorgewinterd toneelgezelschap in een en dezelfde voorstelling bevalt haar. “Ik vind  de discussie tussen wat hoge en lage cultuur is, überhaupt ouderwets. De voorstelling betreedt een geied in het theater dat voorheen niet bestond. Het is juist interessant als er een discussie op gang komt”, zegt de actrice die vast verbonden is aan de Haagse theatergroep Firma MES. De theatergroep verkeert in een jubelstemming wat zij heeft net te horen gekregen dat ze de komende jaren structureel zal worden gesteund door de gemeente Den Haag. Roos: “Het heeft heel goed uitgepakt voor ons. Straks kunnen we twee nieuwe producties en een succesreprise per jaar uitbrengen. Een droom die uitkomt”.

Vertellingen van 1001 nacht door Het Zuidelijk Toneel is te zien van  woensdag 9 tot en met zaterdag 12 mei in de Koninklijke Schouwburg. Vanaf 15 jaar. Meer informatie: www.hzt.nl en www.ks.nl. Telefonisch tickets reserveren: 0900-3456789.