‘We hebben ‘The Sound of Music’ eigenheid gegeven’

Musicalregisseur Carline Brouwer reist de wereld rond

De familiemusical vertelt het gedramatiseerde verhaal van een Oostenrijkse familie die de Tweede Wereldoorlog voorvoelt en daarom het geboorteland ontvlucht. ‘Stoute energie’ is, onder meer, wat Carline Brouwer toevoegde aan haar regie van alwéér een nieuwe versie van de ijzeren hit.

Nog maar eventjes op haar zelfverkozen levenspad als kloosterzuster ingetreden, wordt de nog jonge, springerige Maria uitgezonden als kindermeisje bij de familie Von Trapp. Ze weet daar het vertrouwen te winnen van de zeven kinderen en ook dat van haar opdrachtgever zelf, de ongenaakbaar ogende ex-zeekapitein en weduwnaar. Hun op waarheid berustende lotgevallen zijn vervat in een musical en later verbeeld in een iconische film – met Julie Andrews als eeuwigdurend droombeeld van Maria.

“Jeetje,” roept Carline Brouwer uit. “Toneelgroep De Appel en de Haagsche Comedie! Dat is meer dan twintig jaar geleden. Ik word oud!” Brouwer begon haar acteurscarrière aldaar met Ophelia, ze speelde Madame de Sade, in ‘Some Like It’ en in ‘Drie zusters’ met Sacha Bulthuis en Geert de Jong, ze zong in de ‘Driestuiversopera’ en roeide riemen in ‘Trilogie van een Zomerverblijf’, het waterballet van Carlo Goldoni. Om maar wat namen en titels te noemen. Ze maakte daarna de overstap naar het musicalgenre en in dat vakgebied is ze uitgegroeid tot een vakvrouw die de wereld rondreist, van Europa tot Amerika en Japan. Zo regisseerde ze Whoopie Goldberg in de Londense première van ‘Sister Act’. Volgende maand alweer is ze in Milaan te vinden; en net voordat corona toesloeg was ze in de weer in Japan.

“Als kind wilde ik zelf in een musical, maar ik kon en kan eigenlijk niet zo goed zingen. Eerst heb ik nog de kleinkunstacademie en de Nel Roos Academie geprobeerd – maar die benen van mij wilden nooit hoog komen. Toen ben ik naar de Toneelschool Maastricht gegaan en kwam in een bijzondere lichting terecht met klas- en generatiegenoten als Gijs Scholten van Aschat, Maria Goos, Peter Blok en Pierre Bokma. Een bijzondere tijd, de school stond toen ‘on fire’. Ik ben echt een zondagskind.”

Ze is intussen al bijna twee decennia kind aan huis bij Stage Entertainment. “Toen Albert Verlinde me vroeg of ik ‘The Sound of Music’ wilde doen, ben ik me eerst gaan verdiepen, want ik ben er niet mee grootgebracht. Ik moest dus mijn geheugen opfrissen.” Het bleek leuk ‘materiaal’. “Ik werd hongerig om er een eigen geluid in te laten doorklinken. En dan gaat het kriebelen bij mij. Nu ben ik een echte Sound-of-Music-addict!”

De laatste jaren is ‘The Sound of Music’ al verschillende keren gedaan. Wat is dan nog de uitdaging? “Ik wilde de dreiging van oorlog naar voren halen, van vluchten en van vluchteling zijn, en de weigering om te passen voor een regime. Want doe het maar eens om met je gezin te verkassen naar een ander land. Ook wilde ik dat Maria de eigen fantasie van de kinderen meer zou aanzetten. Hoe? Door van de gedrilde kinderen die we uit de film kennen levensechte, moderne jonkies te maken die ook stout en vervelend kunnen zijn. En bijvoorbeeld door de oudste dochter en haar geliefde, die heel zoet zijn in de film, aan elkaar te laten frunniken. Natúúrlijk gaat hij aan haar borsten zitten. Duh!” Verder heeft ze van Maria en de nonnen sterkere vrouwen gemaakt. “Ik heb iets met vrouwengroepen, misschien door ‘Sister Act’. Ook nonnen zijn in de kern een gemeenschap van meiden en vrouwen die roddelen en die ook gewoon de was doen. Zo heb ik het beeld van het kloosterbestaan en het nonnenleven willen ontheiligen. Want in het klooster kan het ook gewoon leuk zijn.”

De filmversie met Julie Andrews blijft ijkpunt, daar kun je niet omheen. “Daar kun je jezelf gek mee maken. Maar bij het maken vergeet ik die gauw want daar is niet tegenop te boksen. Je moet niet kopiëren maar je eigenheid erin leggen.” De speelruimte voor een herneming van een hitmusical is sowieso beperkt. Aan welke knoppen mag je eigenlijk draaien? “Je mag de tekst of het script niet veranderen. Maar we hebben met een hertaling geprobeerd alles meer naar het hedendaagse te trekken. Je mag de scènes niet lukraak omgooien of een lied op een ander plek inzetten. Je moet de voorgeschreven volgorde aanhouden. Maar conceptueel en wat de invulling van de karakters betreft ben ik vrij. In de emotionele lijnen, de onderteksten, de relaties, de liedinterpretaties en de choreografie kunnen we veel eigenheid aanbrengen, net zoals een toneelregisseur dat met teksten doet. Verder heb ik meer vaart ingebracht en mag je met het decorbeeld en de aankleding aan de gang. Ook hebben we nummers uitgebreid door choreografieën toe te voegen.”

Sinds enige tijd zit ze in de artistieke raad van MusicalMakers, gesubsidieerd ontwikkelhuis voor de musical in Nederland. “Het staat nog allemaal in de kinderschoenen, maar ik vind het geweldig om een nieuwe generatie tekstschrijvers en componisten ruim baan te kunnen geven. Het wordt hoog tijd om met nieuw materiaal te komen. De musical is erg in beweging, ook internationaal. Het palet is breed, van ‘Lazarus’, de rapmusical ‘Hamilton’ en ‘In the Heights’ die in New York spelen, tot evergreens als Disney-musicals, ‘42nd Street’ waarin wordt getapdanst, en ‘The Sound of Music’. Het bestaat allemaal naast elkaar. Er wordt in de musical meer durf getoond dan vaak gedacht.”

Binnenkort is ze in Milaan. Daar heeft ze slechts vijfenhalve week voor het instuderen van een nieuwe versie van ‘Pretty Woman’. Een snelkookpan dus. “Ik ben dat gewend. Bij MusicalMakers hebben we gelukkig wel de luxe van tijd en experiment.”

Stage Entertainment, ‘The Sound of Music’, Afas Circustheater Scheveningen, tot en met zondag 8 augustus 2021, daarna tournee door Nederland. Meer informatie: www.stage-entertainment.nl

Plaats een reactie