Van Warmerdams grimmige grappigheid

Tiny Bertels als Fannie in ‘Welkom in het Bos’

Van Warmerdam maakt afwisselend theater en films. Verleden jaar ging zijn speelfilm Borgman in première. Zijn voorlaatste theaterproductie Bij het kanaal naar links haalde het Theaterfestival 2011. Voor de reprise van Welkom in het Bos werd de driekoppige cast, op Pierre Bokma na, geheel vernieuwd.

1984. De Mexicaanse Hond met De Wet van Luisman. Voor het eerst werd ik ingewijd in het sinistere zuurzoete universum van Alex van Warmerdam. Het is een van de vele theatervoorstellingen die me veranderden, die me is bijgebleven, waarvan ik het affiche nog altijd in mijn verzameling heb, al is die herinnering er een van een wat schimmige wolk vol alzheimerachtige uitsteeksels. De Wet van Luisman speelt zich af in een schoollokaal. De leerlingen, eerst drie, later vier in aantal, proberen op alle mogelijke manieren het gezag van de leraar Luisman te ondermijnen. Naarmate het stuk vordert lijkt Luisman zich moeilijker staande te kunnen houden. De vraag bleef wie er als overwinnaar uit de strijd zou komen: de leraar of de leerlingen? Tot een oplossing komt het niet. Typisch Warmerdam. Dunne absurdistische sketches en dialogen, machtsspelletjes, communicatiestoornissen, voyeurisme en nieuwsgierigheid naar seks, droge ironie en onnadrukkelijke humor. Bekrompen ambities en een forse dosis treurnis en melancholie. Grappige grimmigheid. Benepen burgerlijkheid. Kibbelende personages. ‘Het liefst schrijf ik ruzies, die hebben zo’n mooie melodie’, vertrouwde Van Warmerdam ooit aan NRC Handelsblad toe.

Ook in Welkom in het Bos, de reprise van Van Warmerdams stuk uit 2002, keren deze ingrediënten terug. Twee vrouwen zwerven door een bos: Dora, weggelopen van haar man, en Fannie, die haar terzijde staat. Ze strijden tegen honger en dorst en ’s nachts zijn er verontrustende geluiden. Dan stuiten ze op een aantal merkwaardige personages: een timide faun, een rijke nietsnut en een onbehouwen priester. Allen willen ze bevrijd worden van hun lusten, maar de kunst van het verleiden beheersen ze niet. Voor Fannie en Dora zit er niets anders op dan van zich af te bijten.
Van realisme is geen sprake, in de wereld van Alex van Warmerdam is alles steeds een tikkeltje anders dan je denkt. De bosfaun in het stuk blijkt een huisarts. Van een bos is, ondanks de titel, in het toneelbeeld geen sprake. Het resultaat is een zwarte komedie – weer in zo’n oer-Hollandse omgeving – die zich concentreert op de dreinende wanhoop en de trieste verwarring die het gevolg zijn van een vreemde driehoeksverhouding.

Meespringen
Net als twaalf jaar terug verschijnt Pierre Bokma als bosfaun, nonchalant een sigaretje rokend met hoorns en bokkenpoten, als engel met blauwe vleugels, als welgesteld burgermannetje, als pastoor, als boer, als oud vrouwtje, als de zoon van Fannie en als de man van Dora, voor wie zij op de vlucht is. Het is een bonte stoet personages die elkaar in duizelingwekkend tempo opvolgen. In een paar minuten schetst hij de contouren van een personage, even levensecht als kolderiek. Annet Malherbe (Fannie) en Liz Snoijink (Dora) speelden indertijd de assertieve vrouwen op de vlucht. Nu met Hadewych Minis als Dora en Tiny Bertels in de gedaante van Fannie. De oeruitvoering van Welkom in het bos heeft Tiny Bertels niet gezien. “De voorstelling werd zo’n twaalf jaar geleden gemaakt. Daarom moesten we tijdens de repetities vaak eventjes zoeken”, vertelt Tiny Bertels. “Pierre heeft nu opeens twee andere gezichten tegenover zich. En daardoor wordt het vanzelf een ander stuk. Maar de basisstructuur is hetzelfde gebleven. De tekst is maar weinig veranderd, die staat als een huis. Het is voor een acteur altijd fijn als je de goede woorden meekrijgt. Het is een fantastisch stuk.” Tiny Bertels houdt zich in het stuk tussen het imponerende maar subtiele acteergeweld van Bokma prima staande. “Hij is een een fenomeen. Hij tilt je op. Ik leer van hem. Tijdens de derde try-out zag ik vanuit de coulissen hoe hij het publiek meeneemt en inpakt. En ik besefte toen: ik moet met hem meespringen!”

Loslopend Wild
Tiny Bertels is in Nederland vooralsnog geen erg vertrouwd gezicht op de toneelpodia, maar ze geldt in Vlaanderen als een vooraanstaand actrice en zangeres. Ze maakte twee cd’s met composities van Piazolla. Ze speelde onder meer bij Jan Fabre, Het Paleis en Het Toneelhuis, en ze was veelvuldig op de Vlaamse tv te zien in verschillende series. Bij de VRT straalde ze naast onder meer Els Dottermans in de serie Loslopend Wild, een komisch sketchprogramma waarin verschillende generaties vrouwen en de mannen zich door het dagelijks leven proberen te slaan. En de met een Ensor Award onderscheiden rol in Groenten uit Balen (2011), een film van Frank Van Mechelen naar het gelijknamige toneelstuk van Walter van den Broeck, bleef ook hier in den lande niet onopgemerkt. “Ik was net bevallen van mijn tweede kind”, zegt Bertels over het moment dat ze betrokken werd bij de film. “Daardoor kwam de rol voor mij als een geschenk uit de hemel. Het is erg fijn als mensen je vertrouwen geven, als ze je ophalen.” Na haar studie bij Studio Herman Teirlinck heeft ze zich van kleinkunstenares steeds meer in de richting van het toneelvak ontwikkeld. “Ik wist niets van spelen, ik was een leek. Maar van mensen om me heen als Jan Decleir en Wannes van de Velde heb ik toen enorm veel geleerd, zij hebben me ook geïnspireerd. Tegenwoordig zie ik juist de combinatie van film, tv, toneel en zingen als mijn ideaal, en toneel als een manier om met het leven om te kunnen gaan”.

Het werk van Van Warmerdam is ook in België doorgedrongen. Bertels: “De film Borgman was ook hier een dikke hit. En voor zijn voorganger in het theater, Bij het kanaal naar links, werkte hij samen met de Antwerpse theatergroep Olympique Dramatique.” En dat is nu juist de groep waar Bertels’ echtgenoot Tom Dewispelaere aan verbonden is. “Het is fijn om met Van Warmerdam gewerkt te hebben. Eervol is het ook om de rol van Fannie, indertijd gespeeld door zijn vrouw Annet Malherbe, te mogen spelen”.

Welkom in het Bos door De Mexicaanse Hond is op donderdag 27 en vrijdag 28 februari te zien in de Koninklijke Schouwburg. Meer informatie op www.ks.nl en www.orkater.nl. Telefonisch reserveren: 0900-3456789.

Astrid Seriese & Erwin van Ligten flonkerend in ‘Blues & Poetry’

In het theaterconcert Blues & Poetry hebben zangeres Astrid Seriese en gitarist Erwin van Ligten zich laten inspireren door hun Indische achtergrond. Tussen de muziekstukken door vertelt Seriese over haar ervaringen als Indo van de tweede generatie en vooral over haar familie.

In de jaren negentig zong en acteerde Astrid Seriese in grote klassieke muziektheaterdrama’s waaronder M = Man, Music, Mozart en Trojaanse Vrouwen. In die tijd ook verschenen ook in rap tempo cd’s van haar, en bracht ze enkele muzikale theatershows uit waarmee ze door het land toerde. Nog altijd behoort ze tot de topvocalisten op jazzgebied in Nederland: In juni vorig jaar kreeg ze een onderscheiding voor beste vrouwelijke vertolking van Blow Wind Blow van Tom Waits.

‘Je man gaat er met je beste vriendin vandoor, je raakt je baan kwijt en je hebt een lekkage in huis, precies boven je bed. Het leven is kortom doordrenkt met blues. Zo opent zangeres Astrid Seriese haar theaterconcert Blues & Poetry. ‘De blues, dat is voor mij een levensgevoel’, zo sprak Seriese onlangs uit in een radio-interview. Daarmee gaf ze aan dat het niet zozeer bluesnummers zijn die het tweetal Seriese & Van Ligten tijdens dit theaterconcert laat klinken, maar dat het gaat om de persoonlijke toets. De poëzie uit de titel is een verwijzing naar de sfeer van het optreden, maar ligt ook in het gebruik van gedichten als muziekteksten.

Seriese en Van Ligten, hun beider voorland ligt in het verre, maar voor vele Nederlanders toch ook nabije Indonesië in wat lieflijk De Gordel van Smaragd heet. Dat van Astrid Seriese ligt feitelijk in het Haagse; dat van Erwin van Ligten voert persoonlijk terug op geboortegrond in Surabaya, Java. De twee kennen elkaar al lange tijd en hebben nu hun krachten gebundeld in een sfeervol theaterconcert, Seriese bogend op haar markante stemgeluid en geweldige podiumuitstraling, Van Ligten met name op zijn talenten als gitaarvirtuoos. Behalve uit de gitaar tovert Van Ligten bovendien uit een elektronisch instrumentarium dat min of meer onder zijn voeten ligt verborgen, en waardoor het mogelijk is gebruik te maken van samples en, bijvoorbeeld, een basdrum.

Op de setlist prijken, naast enkele eigen composities, songs van onder anderen Tom Waits, Mahalia Jackson, Joan Armatrading, Joni Mitchell en Bessie Smith. Prachtig uitgevoerd. De uitvoering van de songs is bij het duo in prachtige handen. Meteen is duidelijk dat de stem van Seriese in de loop van de jaren aan expressie en kracht gewonnen heeft, en lijkt het chocoladebruine timbre van haar met het klimmen der jaren zelfs nog een tikkeltje donkerder en wat lager dan voorheen. Ze vormt een prima tandem met Van Ligten, die behalve ondersteunende diensten zoveel flair heeft dat iedere song daardoor een geheel eigen karakter en sound krijgt, of het nou om Tom Waits (Yesterday is here) gaat of Nina Simone/David Bowie (in Wild is the Wind). Tegelijkertijd vormt juist dat gegeven een hinderpaal, omdat het rauwe karakter van enkele songs daardoor verloren dreigt te gaan. Je zou hopen dat er nu en dan meer rafelrandjes te horen zijn, met Seriese vaker grommend of met haar stemvolume op maximaal uithalend. Door het voortdurende gebruik van nagalm op het doorversterkte gitaargeluid en vaak ook de zangstem ontstaat helaas een afstand. Een zekere intimiteit gaat op die wijze enigszins verloren.

De songs worden verbonden met persoonlijke vertellingen van Astrid Seriese. Persoonlijk getinte verhalen, korte vertellingen, die vaak teruggrijpen op haar kindertijd, en met haar vader en familie in de hoofdrol. De sfeer van intimiteit die hier wordt opgewekt krijgt in de muzikale uitvoering naar mijn smaak iets te weinig vervolg. Daar is nog winst te behalen. Ook kunnen enkele verhalen meer kracht, meer inbedding krijgen, door er meer dramaturgische kracht en een sterkere verhaallijn in te weven. Zo wordt de potentie van een verhaal over haar vader die in blinde paniek door Astrids zus in het verzorgingshuis waar hij toen woonde getroost werd, en hem rustig kreeg door hem heel zachtjes in haar armen te nemen, niet ten volle benut om dat je niet weet wat de aanleiding ervan was.

Blijft zonder meer staan dat Astrid Seriese zich op het podium zichtbaar als een vis in het water voelt. Daaraan herken je, voel je, de vrouw die in grote, klassieke muziektheaterdrama’s als M is Man, Music, Mozart en Trojaanse Vrouwen de show stal, en voor wie componist Louis Andriessen nog altijd grote waardering heeft, zo liet hij een tijd geleden nog maar eens blijken in het tv-programma Vrije Geluiden.

http://www.astridseriese.nl

‘Janmaat is een wegbereider geweest’

Hollandse Luchten I: Hoe ver mag je gaan?

Na Somedaymyprincewill.com – een interactieve theaterbruiloft geïnspireerd op het huwelijk van zijn zus met haar verloofde uit Istanbul, maakt theatermaker Sadettin Kirmiziyüz samen met ‘theatraal reporter’ Marjolijn van Heemstra Hollandse Luchten I: Jeremia, een voorstelling over de wankele ophaalbrug die vrijheid van meningsuiting scheidt van aperte schoffering. Wie zijn de moderne Jeremia’s? En wat moeten we met hun azijnzurig geweeklaag? Luisteren of negeren?

‘Geen gezeik, iedereen rijk’. De Tegenpartij was een fictieve, op de Centrum Partij (CP) gelijkende, Nederlandse politieke partij, opgericht door F. Jacobse en Tedje van Es, twee Haagse ‘vrije jongens’, die werden gespeeld door Kees van Kooten en Wim de Bie. De Tegenpartij was ‘De Partij voor alle Nederlanders die niet meer tegen Nederland kenne’. Terwijl Van Kooten en De Bie politieke partijen zoals de toenmalige Centrumpartij van Hans Janmaat aan de kaak wilden stellen, werd de Tegenpartij ongekend populair. Tot hun schrik bemerkten ze dat hun ‘vrijage’ nota bene door diezelfde Centrumpartij ‘rechts ingehaald’ was. De Tegenpartij werd uiteindelijk ontbonden doordat Jacobse en Van Es op 10 mei 1981, vlak voor de verkiezingen, op het Binnenhof tijdens een in scene gezette couppoging werden neergeschoten. Saillant: Hans Janmaat nam tijdens zijn toenmalige verkiezingscampagne slogans en punten uit het zogeheten verkiezingsprogramma van De Tegenpartij over. Het CP-partijblad bracht op de voorpagina van een van de edities zelfs een compliment aan Van Kooten en De Bie.

Volgens links Nederland was hij de verpersoonlijking van racisme, volgens anderen een ziener en profeet. In de jaren tachtig werd ex-politcologie student en import-Hagenaar Hans Janmaat in de pers strategisch doodgezwegen door het indertijd en masse links georienteerde journaille. Toen hij zei de multiculturele samenleving te willen afschaffen werd hij daar later rechtskundig voor veroordeeld. Een politiek proces à la Wilders in 2012. “Inmiddels kijkt niemand meer van zulke uitspraken op. Op het internet slaan Nederlandse ‘reaguurders’ als het even kan in volstrekte anonimiteit, en vooral onder het mom van vrijheid van meningsuiting, elkaar flink om de oren. En ook in de politiek is het bon ton om domweg te zeggen wat in je opkomt of zonder aarzelen letterlijk te zeggen waar het op staat”, zo vertelt acteur en theatermaker Sadettin Kirmiziyüz. Deze theatermaker met twee paspoorten laat in zijn werk een eigen geluid horen in het Nederlandse theater. Zijn ervaringen als migrantenkind vormen de basis voor theatraal onderzoek naar grote actuele thema’s. Sadettin Kirmizyuz maakt samen met Marjolijn Heemstra onder de titel Hollandse Luchten I: Jeremia dezer dagen een voorstelling, die later moet uitmonden in een drieluik, over de vraag of er grenzen gesteld moeten aan het grondrecht dat vrijheid van meningsuiting heet.

In de ‘vertelling’ die de voorstelling beoogt te zijn, knoopt het tweetal theatermakers Janmaat aan Jeremia (ca. 645 tot ca. 587 v.Chr.), de profeet die vooral wordt herinnerd als een fel criticus van de politiek-religieuze verhoudingen in het koninkrijk Juda. Ook zijn profetieën werden niet altijd enthousiast ontvangen door de heersende kringen. Vervolgens doken Sadettin en Marjolijn in de geschiedenis van het Vrije Woord in Nederland en stuitten toen al gauw op dé Jeremia van onze generatie: Hans Janmaat (1934-2002), de door ‘links’ verguisde leider van de Centrum Partij en Centrum Democraten.

“Janmaat blijkt een wegbereider te zijn geweest”, stelt Sadettin Kirmiziyüz. Toch is Janmaat voor hem niet louter een dankbaar object voor een raamvertelling, want in de voorstelling verschijnt de in 2002 overleden politicus ook op het toneel. “We gaan hem niet precies naspelen, ingeleefd en al. Maar we zetten wel een bril op als we hem citeren”.

Hollandse Luchten I: Jeremia is te zien in Theater aan het Spui op woensdag 19 februari 2014. Meer informatie op www.troubleman.nl en www.theateraanhetspui.nl. Telefonisch reserveren: 070 346 52 71.

De schok van de val

Zaal 3 van Theater aan het Spui als huis- én kraamkamer van de kunsten

In februari speelt Jos Nargy in Zaal 3, de proeftuin van Theater aan het Spui aan het De Constant Rebecqueplein, proefvoorstellingen van De schok van de val, naar het boek van Nathan Filer: “Als acteur wil ik de stad mooier maken”.

Het boek in kwestie heet De schok van de val, de schrijver Nathan Filer. Het is het hartverscheurende, ontroerende en tegelijkertijd opbeurend en hartverwarmende verhaal over Matthew, een negentienjarige aan schizofrenie lijdende jongen die zijn overleden broer mist. ‘Ik zal je vertellen wat er gebeurde, want dat is ook een goede manier om mijn broer te leren kennen. Hij heet Simon. Je vindt hem vast leuk. Ik vind hem in ieder geval heel erg leuk. Maar over een paar bladzijden is hij dood. En daarna is hij nooit meer dezelfde geweest.’
De manier waarop Filer zijn boek inrichtte, doet denken aan een ooggetuigenverslag. Hij is psychiatrisch verpleegkundige en daardoor in staat feilloos inzicht te geven in de gedachteprocessen die een geesteszieke, iemand die lijdt aan een gespleten persoonlijkheid, beheersen. Jos Nargy, de acteur die Matthew gestalte geeft: “Ik was heel erg ontroerd door het boek, juist omdat het door de ogen van Matthew is geschreven. Hij gaat door allerlei ups en downs en probeert de dood van zijn broer Simon een plek te geven, een dood waaraan hij zich schuldig voelt. Matthew stelt zich daarop één doel: een dag organiseren ter nagedachtenis aan Simon, waar een handvol familieleden aan deel mag nemen en die Simon moet laten voortleven”. Voor Nargy is het hartverscheurende, fragmentarisch opgebouwde boek een weerslag van het rouwproces waar Matthew doorheen gaat. “Maar ook een verslag van de manier waarop Matthew zichzelf, zijn eigen gevoelens weet te overwinnen”.

Nargy studeerde in 2011 af aan de acteursopleiding van de Hogeschool voor de Kunsten in Utrecht. Van de zomer was hij op Theaterfestival de Parade te zien met Mijn Vader, een voorstelling die door recensenten hoge ogen toebedeeld kreeg. “Ik ben geboren en getogen in Den Haag. Als acteur wil ik de stad mooier maken. Maar het is niet eenvoudig om je als cultureel ondernemer staande te houden. Ik hoop te slagen, allereerst door mezelf te laten zien”.

Met John de Weerd, projectleider van het onder Theater aan het Spui ressorterende Zaal 3, die in deze productie als begeleider dienst doet, is Nargy op bezoek gegaan bij Parnassia. Ook zijn ze afgereisd naar museum SMAK in Gent om daar een tentoonstelling van videokunstenaar Javier Téllez te zien. Nargy: “Als zoon van twee psychiaters groeide deze Venezolaanse videokunstenaar op in een omgeving waar geesteszieken deel uitmaakten van het dagelijkse leven”.
Voor De Weerd komen met deze productie opeens heel wat lijntjes bij elkaar. “Toen ik het boek had gelezen, vroeg ik Jos of hij het ook eens wilde lezen – met meteen de mogelijkheid van een theatervoorstelling in het achterhoofd. Toen de schrijver van het boek op de laatste editie van het Crossing Border Festival geprogrammeerd bleek te zijn, heb ik hem verzocht om een interview. Dat lukte. En toen in november opeens Zaal 3 van start kon, was een en een drie”. Nargy: “Op die ontmoeting konden we Filer uithoren. Het is fijn dat bij bereid was om toelichtingen te geven”.

In de theatervoorstelling, een solovoorstelling, wordt het gebied van de schizofrenie weliswaar betreden, maar wordt vooral het gemis tot uitdrukking gebracht dat Matthew van zijn broer Simon voelt. “Het wordt een vertelling, realistisch gespeeld in een sober decor, met de taal uit het boek als leidraad”, aldus Nargy, die zelf de bewerking ter hand neemt. “Eerst lezen. Daarna ga je selecteren wat je belangrijk vindt om te vertellen en vervolgens wrik je daar als het waren een boeiend, samenhangend verhaal uit los”. Het is een werkwijze die hij inmiddels kent van eerdere boekbewerkingen, zoals Toon Tellegens Mijn Vader en Moskou op sterk water van Venedikt Jerofejev. “Grappig is dat ik door de videogames die Matthew in het boek speelt kan afleiden welke leeftijd hij had. Die spelletjes speelde ikzelf namelijk ook”.

De eenvoud van het toneelbeeld van De schok van de val beslaat naast een mechanische schrijfmachine (Nargy: ‘We weten niet of die straks in de voorstelling nog een rol speelt’) en een geheimzinnige kartonnen doos met inhoud, een batterijreeks dimbare, vlak naast elkaar geplaatste en elektrisch aan elkaar geschakelde tl-buizen, naar een ontwerp van beeldend kunstenaar Willem Marijs, die in het pand van de belendende broedplaats DCR een atelierruimte in gebruik heeft. “Dat is de meerwaarde van deze locatie”, vindt John de Weerd. “Kunstenaars die elkaar ontmoeten. We willen graag bruggen slaan. Het concept van Zaal 3 is dat we er alles aan doen om een verbindende schakel te zijn, dat we een spilfunctie innemen tussen beginnende theatermakers en andere kunstenaars. Als er een goed plan is kunnen zij hier hun gang gaan. We vragen hen daarbij wel om nieuwe financiële wegen te bewandelen, zoals dat tegenwoordig in goed cultureel ondernemerschap betaamt. Waar het in de kern om gaat is, bijvoorbeeld, dat Jos straks kan doorstromen naar Zaal 2 van Theater aan het Spui, en daarna naar Zaal 1”.

De sfeer van het voormalige Theater Zeebelt ademt nog immer de aloude gezelligheid uit, al is er het een en ander aan de inrichting verspijkerd, en zijn daarbij knipoogjes gegeven naar de locatie van de grote broer aan het Spuiplein. “Enkele wanden hebben we witgesausd, er is behangsel gekomen waarvan het motief refereert aan dat in de foyer van het ‘grote’ Theater aan het Spui, en ook de tapkast is er uit eerlijk hout opgetrokken. En niet te vergeten: er liggen gemoedelijke Perzische tapijten op de stortvloer. “Zaal 3 als plek voor talentontwikkeling is één”, vertelt De Weerd enthousiast, maar volgens hem behelst Zaal 3 meer: “Buurtbewoners wakker schudden. De omgeving mobiliseren en met kunst confronteren. In die zin willen we graag de huiskamer van de buurt rond de energiecentrale aan het de Constant Rebecqueplein zijn. Dat is ook af te leiden uit initiatieven als Het Gras van de Buren en de avonden van buurtbewoner Rob Verhoeven, die in Verhoeven doet buurtonderzoek maandelijks op de derde dinsdag bijzondere en getalenteerde buurtbewoners ontvangt. Van kunstenaars uit de DCR tot lokale zangkoren, van de buurvrouw met een goed recept tot een buurvrouw die vroeger een buurman was”.

Van donderdag 6 tot en met zaterdag 8 februari in Zaal 3 (Theater aan het Spui). Première op 26 april. Meer informatie: www.theateraanhetspui.nl. Telefonisch reserveren: (070) 346 52 72.